182
Het fort heeft een omtrek van 1500 pas, de 30 voet hooge wallen
bestaan uit steenlagen; de bezetting bestaat uit 3 Chineesche amb
tenaren en 30 bereden soldaten. Dit zijn de beide hoofdpunten in het
Chumbi-dal. Het dal is het eenige terrein, waar het Britsch-Indische
en het Thibetaansche gebied onmiddellijk aan elkaar grenzen. Leidt de
jongste expeditie tot eene eenigszins meer vriendschappelijke verhouding
tusschen deze twee rijken, dan zal de toekomstige handelsweg stellig
door dit dal leiden. Thibet is sedert geruimen tijd een begeerd terrein
voor de theeplanters uit Assam, maar de moeielijkheden, hun door
de Llama's van dat rijk in den weg gelegd, hebben tot nog toe eiken
ruilhandel van Britsch-Indische Assam-thee met wol, het Thibetaansche
stapelproduct, verhinderd.
De aanleiding tot de expeditie was de volgende
De Radjah van Sikkim, die volgens contract verplicht is jaarlijks
zes maanden in Sikkim door te brengen, had sinds eenige jaren aan
die verplichting niet voldaan, maar was steeds op Thibetaansch
gebied blijven wonen. Tengevolge daarvan onttrok de Britsch-Indische
Regeering hem zijn jaargeld en benoemde Photong Lama en Ransa
Dewan tot regenten over zijn gebied. Tegelijkertijd werd van Britsch-
Indische zijde een gezantschap naar Thibet gezonden, om deze aan
gelegenheid in orde te breugen. De Thibetanen deden echter al hun
best om dat gezantschap te doen mislukken; zij slaagden in hunne
pogingen, want toen het gezantschap nog pas te Darjeeliug was aan
gekomen, werd het, op grond der vertoogen van China, teruggeroepen.
Hierdoor werden de Thibetanen, die dien terugtocht als een teeken
van vrees beschouwden, overmoedig en om elk binnendringen van
Europeanen in hun gebied, waarvoor zij steeds angstig waken, beter
tegen te gaan, trokken zij Sikkim binnen en richten daar, aan den
grooten weg, het fort Lingtoe op. Daar de Thibetaansche grens aan
de Oostzijde van Sikkim, waar zij Thibet van het Chumbi-dal scheidt,
steeds welbekend was geweest en door alle belanghebbenden erkend,
kon de Britsch-Indische Regeering deze openlijke schending van grond
gebied moeielijk dulden en zond zij eene expeditie tegen Sikkim af.
Deze expeditie verliet Indië in Maart 1888 en nam, na twee
weinig beduidende gevechten met de Thibetanen, het fort Ling
toe in bezit. De in dezen tijd van het jaar op dit 12600 voet
