"V -A. FL X Vereeniging tot onderlinge assurantie van officiersdienstpaarden. In de jaarlijksche algemeene -vergadering, den 22sten Januari jl. ge houden, werd door het Bestuur verslag uitgebracht over den toestand der Yereeniging, waaruit bleek, dat het aantal ingeschreven paarden op 1 Januari 98 bedroeg, tegen 65 op 1 Januari 1888, en dat sedert dien datum nog 8 paarden werden ingeschreven. De contributie is dienten gevolge gedaald tot minder dan f 2,50 per sterfgeval. Het fonds, ter bestrijding van administratiekosten, bedroeg op 1 Jan. 1889 f 110 tegen 58 in het vorige jaar. In den loop van 1888 kwamen 3 sterfgevallen onder de ingeschreven paarden voor. Tot leden van het Bestuur werden herkozen, als Directeur de kapitein van den generalen staf J. G. H. van der Dassen en als Commissarissen de le luitenant der cavalerie C. W. F. Rappé en de le luitenant der artil lerie M. H. Visals agent der vereeniging te Atjeh is de le luitenant der cavalerie Jhr. L. D. C. de Lannoij opgetreden. Desertie in het Noord •Amerikaansche leger. Het Noord-Amerikaansche leger is, zooals men weet, niet sterk; het telt volgens formatie ongeveer 25000 man. Toch wordt dit cijfer in werkelijkheid nog niet eens bereikt, hoofdzakelijk tengevolge van de groote desertie onder de manschappen. Zoo zijn gedurende het laatste begrootingsjaar, dat ultimo Juni 1888 eindigde, 2436 gevallen van desertie voorgekomen, een getal dat, hoewel kleiner dan dat van het vorige jaar, toen het 3077 bedroeg, nog altijd in verhouding tot de sterkte van het leger een enorm groot percentcijfer toont. De verhouding wordt nog ongunstiger, wanneer men in aanmerking neemt dat onder de totale legersterkte van 25000 man medegerekend zijn ruim 2000 officieren en ongeveer 4000 man kaderdo eersten deserteeren

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 203