DE MILITAIRE TOESTAND YAN HET BRITSCHE RIJK OP HET EINDE YAN HET JAAR 1888. De „Revue Mil. de 1 Efr." geeft het volgende, op officieele cijterB berustende overaicht van de sterkte en emplacementen der Britsche strijdkrachten bij het einde van 1888. De geheele legersterkte bedroeg 211000 officieren en minderen, verdeeld als volgt: (1) Cavalerie19000 Artillerie35500 Genie6700 Garde- en linie-infanterie141200 Intendance en Administratie3000 Geneeskundige dienst2400 Koloniaal korps2500 Materieel der Artillerie700 Artillerie-werklieden60 Hoewel in de koloniën meer en meer een streven openbaar wordt, om uit eigen middelen in hunne verdediging te voorzien, is de militaire organisatie bij de meesten daartoe nog niet genoeg ge vorderd. Alleen Australië doet het zonder Engelsche troepen; ook in Canada nadert men dien toestand; daar toch bevinden zich slechts 1500 man van het Britsche leger. Yan de 211000 man, die het Britsche leger sterk is, bevinden er zich 104000 in de verschillende garnizoenen van het Yereenigd Koning rijk. De 107000 overigen zouden in Indië ternauwernood vol doende zijn voor het bewaren der orde, indien Engeland geene In- landsche troepen bezat, die in zeer vele diensten voorzien. (1) In Engelsche opgaven van militairen aard wordt de cavalerie altijd het eerst genoemd; daarna volgen de andere wapens en diensten in de rangorde, die wij hier hebben behouden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 296