814
Buiten de doesoen werden, aan De Brauw's zijde, achtervolgens
de beide zonen van den tommonggong, zijn ordonnans en een oppasser
gedood of gewond. Tan den Bossche schoot eigenhandig, a
bout portant, een der muiters neder. Binnen de doesoen was
de stand van zaken wellicht nog ongunstigerde hoofden van Ampat
La wang ontzagen zich niet, den troepen toe te roepen de wapens
neder te leggen en zich onder hunne bescherming te plaatsen, maar
kapitein Meijer antwoordde hun dat zij zich uit de nabijheid moesten
verwijderen, zoo zij niet aan ons vuur wilden blootgesteld worden.
De koelies der colonne hadden zich uit de voeten gemaakt.
Maar eindelijk keerde de kans. Ook de vijand leed groote verliezen,
en toen hij na langdurigen strijd in zijnen ijver verflauwde, hernam
De Brauw het offensief; hij gelastte eene algemeen voorwaartsche
beweging, en nu gelukte het de troepen niet alleen den vijand uit
de doesoen te verdrijven, maar hem ook buiten de doesoen nog
een goed eind te vervolgen.
Zoo eindigde het gevecht, waarbij de colonne aau den rand vau
haren ondergang was geweest, en dat haar 8 dooden en 18 gewonden
kostte. Onder de gesneuvelden was, helaas, ook de officier van gezond
heid, die achter een der huizen door twee lanssteken vermoord was
geworden; de gewonden bleven daardoor van alle verzorging verstoken.
Aan verdere offensieve operatiën was nu niet te denken. Men had
wel voor het oogenblik den overmaehtigen vijaud afgeslagen, maar
men wist nu ook dat onze macht te klein was om hem voorgoed te
bedwingen. Bovendien zou de colonne, nu Goen oeng Meraksa
door het verbreken der oude en heiligste adats geen veilig steunpunt
meer was en op de trouw van pangeran Hadji niet kon worden
gerekend, een sterk detachement moeten achterlaten tot dekking van de
gewonden en de bagage; het restant zou dus zeker veel te zwak
zijn, daargelaten dat het ook weder gekwetsten zoude hebben
bekomen die de operatiën verlammen zouden.
De koelies kwamen na het gevecht terug, op een 50-tal na, die tot
Radja Tiang Alam overliepen. Een terugtocht was dus voor het
oogenblik waarschijnlijk wel mogelijk; zij was een goed middel om
uit de moeielijke stelling te geraken, maar zij zou ook stellig het
sein wezen voor een openbaren opstand, niet alleen in A mpatLawang