21 Ia de puuten 57 tot en met 61 worden eonige gedragregels voor den soldaat gegeven, die weinig nieuws behelzen, doch een denkbeeld kunnen geven van den geest, die in 't geheele reglement doorstraalt. Vooral wordt de nadruk gelegd op de omstandigheid, dat een met vastberadenheid ondernomen en doorgezette aanval steeds moet slagen, terwijl ten opzichte van de verdediging wordt opgemerkt, dat de man met het volste vertrouwen op zijn plaats in de stelling kan blijven, omdat, naarmate de vijand nadert, deze meer en meer verliezen door het vuur lijdt, dat ten slotte vernietigend voor hem wordt. Ook hier wordt weder aangedrongen op spaarzaamheid in 't muni- tieverbruik, opdat de man genoeg patronen hebbe, wanneer de te genstander dichtbij is gekomen. In de punten 60 en 61 komen ongeveer dezelfde wenken voor, als in de punten IV en V van 270 van onze Recrutenschool wor den aangetroffen. Krachtiger dan bij ons, wordt evenwel gewezen op het feit, dat degene, die zonder bevelen de linie verlaat om gewon den uit het gevecht te brengen, zich aan lafheid schuldig maakt. In de punten 62 tot en met 87 worden allerlei zaken behandeld, die, naar onze meening, meer eigenaardig in een handboek van de tactiek, dan wel in een exercitiereglement of een voorschrift voor het gevecht tehuis behooren. Het zou ons te ver voeren, wanneer wij ons aan een bespreking van dit gedeelte waagden, want hoewel het in een exercitiercglement minder op zijn plaats moet worden geacht, is toch meesterlijk van de ruimte partij getrokken, om in korte, saamgedrongen volzinnen licht te verschaffen in tal van hoogst belangrijke vraagstukken. Nimmer zagen wij in zoo weinige regelen, zooveel nuttige zaken verhandeld en hoewel nu de inhoud, uit den aard der zaak evengoed boven de bevatting van Duitsche als van onze onderofficieren zal gaan, blijft toch de kennisname van dit gedeelte van het Duitsche reglement ook voor onze officieren in de hoogste mate aanbevelens waardig. Ze zullen zich daarin een soort van extract uit de tactiek der infanterie voorgelegd zien, waarvan zij zich de bestudeering stel lig niet zullen berouwen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 32