317
hadden zij medegedeeld, dat zij geenszins het plan hadden gehad
om zich tegen het wettig gezag te verzetten, doch zij hadden de
wapens opgevat, omdat meo hen voor den resident en diens voorne
mens bevreesd had gemaakt en het gerucht had verspreid dat onze
troepen waren opgerukt met het plan om hunne marga te vuur en
te zwaard te vernielen
De resident begreep dat het zaak was, van de gunstige omstan
digheden die zich voordeden gebruik te maken, en droeg den con
troleur Yan den Bossche op, de onderhandelingen te besturen
op de volgende voorwaarden
1°. Oogenblikkelijke ontruiming en vernieling der opgeworpen
versterkingen
2°. Terugkeer der gewapende bevolking naar hare doesoens, en
3°. Verschijning van Radja Tiang Alam en den pangeran van
Moeara Pinang voor den resident.
Werd aan deze voorwaarden voldaan, dan zou de colonne den
terugtocht naar Tebing Tinggi aannemen; zoo niet, dan zou men
versterking blijven afwachten. Indien gedurende den terugtocht ook
maar een enkel geweerschot op de troepen werd gelost, zou de over
eenkomst als verbroken beschouwd worden.
Den ganschen dag werden de onderhandelingen, door tusschenkomst
van Paraipa, gevoerd; intusschen bleef 's vijands macht steeds toe
nemen, zoodat zij tegen den avond op 2500 man werd geschat. De
resident had dan ook weinig hoop dat de onderhandelingen tot een
goed einde zouden geraken.
Toch geschiedde zulksden len Juli, des ochtends ten 8 ure,
kwam Paraipa uit het vijandelijk kamp terug met de mededeeling
dat alle voorwaarden waren aangenomen; alleen verzocht hij, de
vervulling der laatste voorwaarde de verschjjning van de beide
hoofden voor den resident voorloopig niet te eischen, omdat, aan
gezien er van 's vijands zijde vele slachtoffers waren gevallen, enkele
geestdrijvers of heethoofden bij de ontmoeting de rust wellicht zouden
willen verstoren. Deze reden was, daar bloedwraak bij de bevolking
niet onbekend was, zeker niet geheel ongegrond, de resident veron
derstelde echter, dat wautrouwen in onze bedoelingen de beide hoofden
terughield.