390 „Vroeger was de promotie in het leger, na de afschaffing van het koopstelsel, zeer traag. De subalterne officieren hadden weinig kans om bij hun regiment bevordering te maken, omdat de eene of andere oude majoor of luitenant-kolonel maar bleef doordienen, totdat de dood er op volgde. Strenge ouderdomsgrenzen voor de verschillen de rangen zorgen nu echter voor een voortdurend uittreden uit den dienst. Op enkele uitzonderingen na, die wij hier niet zullen op noemen, moeten kapiteins en luitenants hun pensioen nemen bij het bereiken van het 40e levensjaar, majoors bij het 48% luitenant-kolonels bij het 55% kolonels bij het 60% generaal-majoors bij het 62e, luitenant- generaals en generaals bij het 67e. Bovendien moeten commandeerende officieren na zes jaren gedwongen hun commando neerleggen. Op deze wijze is er voor de jongeren nog eens wat kans op promotievroeger daarentegen verliet menig goed officier het leger uit volslagen ge brek aan vooruitzichten. „Twintig jaar geleden zou het een buitengewoon geluk geweest zijn als iemand op zijn vijf en dertigste jaar een regiment had ge commandeerd; thans ziet men een 33jarig officier een regiment cavalerie commandeeren". Het maakt op ons Indische officieren een vreemden indruk, wanneer wij den klaagtoon, in het begin van dit artikeltje aangeheven, ge volgd zien door eene schaal van traktementen en pensioenen die ons lang niet gering schijnen voor een Europeesch leger (de trakte menten in Indië ziju veel hooger) en door een promotiegang, die wel geschikt is om ieder officier van de meeste andere geregelde legers te doen watertanden. Zoo'n arme Infanterie-luiteuant, die na twee traktementsverhoo- gingen eerst met 8 jaar kapitein wordt en na 20 jaar officiersdienst luitenant-kolonel om daarna, wanneer hij verder geen carrière kan ma ken (let wel, het ongunstigste geval), met f 250 's maands te worden gepensionneerdkassianTreft hij het gunstig, dan kan hij echter op 35 jarigen leeftijd een regiment commandeeren. Men moet erkennen dat als de Engelschen eenmaal iets doen, zij in den regel geen halve maatregelen nemen. Toen het officierskorps

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 405