BIJDRAGEN TOT DE GESCHIEDENIS VAN PALEM-
BANG SEDERT 1848.
[Vervolg van blz. 319.)
YI.
Algemeene toestand. Verwijdering van den Rijksbestierder.
Vermeerdering der troepenmacht. Plan van
De Brauw {Juli Augustus 1851).
De toestand, waarin de Palembangsche binnenlanden zich bevonden,
was na de gebeurtenissen, in het vorige hoofdstuk beschreven, in
derdaad zeer ongunstig; alle voorteekenen waren er dat hij nog on
gunstiger worden zou, en De Brauw begreep dat de ziekte nu een
crisis bereikt had, waarbij afdoende geneesmiddelen niet langer mochten
uitblijven; het was dringend noodig, dat de Regeering eene beslissing
namöf om de bemoeiingen met de binnenlanden weder uitsluitend
aan den rijksbestierder toe te vertrouwen en het reeds in twee divisiën
gevestigd Europeesch bestuur terug te trekken, öf den rijksbestierder
te verwijderen.
De Brauw ontveinsde zich niet, dat de keuze moeieljjk was.
De verwijdering van den rijksbestierder kon gevaarlijk zijn voor die
landen, waar nog geen geregeld bestuur was ingevoerd en zoowel de
divisie- als de margahoofden hunnen invloed verloren haddenwaar
dus als 't ware geen gezag meer bestond en alleen de invloed van
den rijksbestierder de zaken nog gaande hield. Yiel ook deze, dan
kon wellicht de laatste schijn van gezag voor ons verloren gaan en
een schromelijke opstand uitbreken.
Yan den anderen kant was het behoud van den rijksbestierder
misschien nog gevaarlijker. De overgaaf aan dezen van alle bestuur
over de binnenlanden ware eene zoo openlijke erkenning van onze
Dl. I, 1889. 26