396 zwakheid, een zoo sterk bewijs dat wij zonder hem mets konden doen, dat in de toekomst ook het behoud der Palembangsche beneden- landen, ja van de hoofdplaats zelve op het spel werd gezet. Hierbij kwam nog, dat het aanhouden van den rijksbestierder in elk geval slechts voor het oogenblik voordeel kon aanbrengen; de ontbinding van alle gezag in de binnenlanden zou noodwendig toenemen, en wanneer de reeds 60-jarige rijksbestierder overleed, zou het wellicht niet meer mogelijk zijn om, althans zonder buitengewone krachtsin spanning, ons verloren gezag weder in de binnenlanden geldend te maken. Er kon toch geen sprake van zijn, een zijner even slechte als onbekwame zoons tot zijn opvolger te bestemmen Tot dusver was nog een middelweg gevolgd; maar die weg was onmogelijk meer te houden, nu daardoor reeds oorlog en opstand voortgebracht en onze positie steeds inoeielijker geworden was. De Brauw kwam daarom tot de slotsom, dat, met welke gevaren voor ons de verwijdering van den rijksbestierder ook gepaard ging, er geene andere partij meer te kiezen viel en elk uur uitstel nadeelig in de gevolgen wezen zou. „Het was voorzeker zoo schreef hij „beter geweest, indien die „verwijdering in tijden van rust had kunnen geschieden en dan gepaard "had kunnen gaan met eene tijdelijke vermeerdering van militaire „macht en met eene hervorming van het bestuurdoch het gunstig „oogenblik was nutteloos voorbijgegaan en niet meer te herroepen De overtuiging, die zich aldus bij De Brauw gevestigd had, omtrent de noodzakelijkheid om zich van den rijksbestierder te ontdoen, erlangde nog nadere bevestiging, toen hij, weinige dagen na zijnen terugkeer te P al em bang, het bericht ontving dat ook de o-eheele divisie Lematang Oeloein opstand was en dat Lahat bedreigd werd. Er waren wel geen e bewijzen, maar toch verschillende aanwijzing en dat ook die opstand door den rijksbestierder was verwekt en dat deze zijne kuiperijen in de bovenlanden steeds voortzette. In de eerste dagen van Juni was de pasirah van de marga Pagar Goenoeng, tot genoemde divisie behoorende, zonder toestem ming en zelfs zonder voorkennis van het divisiehoofd of van den civielen gezaghebber te Lahat, naar Palembang afgezakt, be-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 411