401
de troepen werden als voor eene inspectie in den ochtend van den
25eQ onder de wapens gebracht. De resident was van plan, den
rijksbestierder en zijne beide zoons, ieder afzonderlijk, tegen 9 uur
bij zich te ontbieden, maar toevallig kwam de rijksbestierder reeds
een half uur te voren zonder nog geroepen te zjjn. De oudste 2oon
volgde weldra, maar de jongste was ongelukkig niet thuis. Deze
was juist de gevaarlijkste en een zeer slecht mensch, die reeds in
1848 het plan tot een amok op de hoofdplaats had gesmeed; zijne
afwezigheid bracht den resident alzoo in eene moeielijke stelling,
maar de zaak was reeds te ver gevorderd om nog te kunnen toeven.
Verschillende personen waren nu reeds met de voornemens des
residents bekend, en er was dus niet op te rekenen dat het geheim
nog lang bewaard kon blijven.
In tegenwoordigheid van de Europeesche autoriteiten der plaats
den adsistent-resident en magistraat, den secretaris der residentie, den
havenmeesterpangeran Sjarif Ali, hoofd der Arabieren, en een
paar officieren deelde de resident nu den rijksbestierder mede, dat het
Gouvernement, de gedurige oorlogen in de bovenlanden moede,
wilde beproeven of zijne afwezigheid voor eenigen tijd ook van goeden
invloed zou zijndat men de bestaande onrust toeschreef aan de ver
keerde wijze waarop hij de binnenlanden zoo langen tijd had bestuurd
en dat hij alzoo met zijne zoons op de Ar dj oen o moest inschepen
om naar Java te vertrekken. De rijksbestierder betuigde zijn
onschuld, verklaarde dat hij steeds de bedoelingen der regeering had
trachten te bevordeeren en ook thans de ontvangen bevelen zou
gehoorzamen. Zijn verzoek, nu naar huis te gaan om zich voor het
vertrek gereed te maken, werd afgewezen; hij protesteerde daartegen,
maar onderwierp zich eindelijk, op aanmaning van Sjarif Ali, aan
's residents beslissing. Zijn zoon nam een heftigen toon aan, zoodat
hem door den resident het stilzwijgen moest worden opgelegd. Wel
dra waren beiden aan boord van de Ar dj oen o, en „de arrestatie
was reeds lang afgeloopen voordat iemand ter hoofdplaats daarvan
iets vermoedde". De tweede zoon kwam in den namiddag bij den
resident en werd door dezen mede aan boord gebracht. Met een
gevolg van 83 personen vertrok de rijksbestierder in den avond van
26 Augustus van Palembang.