427
Poeloe Pangong, en vandaar, over Tambangan en Pang-
kalan Taroem, naar Soengei Boenoet. Hij verspreidde het
gerucht dat hij hier eene benteng zoude aanleggen, maar trof in
werkelijkheid alle voorbereidende maatregelen om naar Kikim over
te steken en, langs de Ajer Pangi, Ampat Lawang te bereiken.
Den 4cn October alzoo den dag nadat De Brauw bericht om
trent het te Moeara Klingi voorgevallene ontvangen had ver
nam hij van den depati van Saoeng Naga dat Radja Tiang
Al am te Djadjaran zoude aankomen en zich van deze doesoen
wilde meester maken. De Brauw besloot daarom, in den ochtend
van 5 October een tocht naar Kikim te ondernemen, in de hoop
Radja Tiang Alam, die veel buit geroofde goederen en men-
schen medevoerde, afbreuk te doen en ook om zoo noodig het
ons getrouwe, en dus aan de wraak der muiters blootgestelde
Saoeng Naga te beschermen.
Deze tocht liep echter vruchteloos af; in den avond van genoem
den dag trok de hoofdopstandeling, zich geen rust gunnende, Dja
djaran voorbij, en den volgenden ochtend vernam men dat hij
Ampat Lawang al bijna bereikt had. Hem in te halen was niet
mogelijk, en de troep was op eene verre vervolging niet uitgerust.
Den 7en keerde de colonne alzoo naar Tebing Tinggi terug,
waar intusschen verscheidene hoofden der tusschen deze plaats en
Moeara Kliti gelegen doesoens waren aangekomen om hunne
onderwerping aan te bieden.
In de verloopen weken hadden de zaken onmiskenbaar een gun-
stigen keer genomen. Waren in het begin van September de drie
posten te Lahat, Tebing Tinggi en Moeara Klingi als
't ware ingesloten, zoodat de gemeenschap met de hoofdplaats en onder
ling afgesneden was; waren toen in Lematang Oeloe, Kikim,
Moesi Oeloe en Ampat Lawang 26 marga's in opstandhadden
de rooverijen der muitelingen zich tot nabij de hoofdplaats Palembang
uitgestrekt, thans 7 October waren de genoemde posten geheel
ontzet, waren op zestien verschillende plaatsen gevechten geleverd, die
steeds gunstig voor ons waren afgeloopen, was de geheele Moesi schoon
geveegd, waren vele lieden uit Ampat Lawang huiswaarts gekeerd.
Dl. I, 1889. 28