452 In de negen reeds genoemde oefeningen der eerste klasse gaat de schutter tot een volgende oefening over, wanneer in de 5 schoten gezamenlijk niet minder punten zijn verkregen dan bij ieder dier oefeningen in het voorschrift bepaald is. Wanneer men bedenkt, dat met de oefeningen op de cirkelschijf juistheid van schieten be oogd wordt, dan wordt, nu het totaal aantal punten beslist, voor deze oefeningen aan een enkel zeer gelukkig schot nog al veel invloed gegeven op den overgang. Misschien waren de voorwaarden van overgang beter te stellen geweest. In ieder geval had een misschot m. i. hier de serie van onwaarde moeten maken. Yan de 4° oefening kan men tot de 5e overgaan in weerwil van drie misschoten uit een serie van vijf schoten. Dit schijnt niet doelmatig. Die in deze schietklasse een misschot doet, zou de serie noodig nog eens over moeten doen. „In enkele gevallen kan de compagniescommandant, „nadat de vijf patronen zijn verschoten, een naschot toestaan, mits tot „bepaling van het aantal punten het le buiten rekening blijft en als „proefschot aangemerkt wordt." De compagniescommandant kan dus zeer ijverige schutters, wanneer het eens, voor een overgang, aan het eerste schot hapert, een weinig te gemoet komenomdat hij dit echter niet kan ten opzichte van nog ijveriger schutters, wien het aan het tweede of een ander schot mangelde, acht ik het verleenen dezer bevoegdheid weinig doelmatig. Het kan niet bevorderlijk aan de schietvaardigheid zijn bij sommige schutters schele oogen te maken. De overgangsproef tot scherpschutter mag tweemaal worden doorloopenheeft de schutter ten tweede maal niet aan de over- gangsvoorwaarde voldaan, dau wordt hij teruggesteld tot de le oe fening der le klasse. De proef heeft plaats op 150 M. staande op de cirkelschijf; in tien schoten moeten 27 punten behaald worden. Aan het begin van ieder schietjaar moet de scherpschutter de overgangsproef tot scherpschutter herhalen. Tot driemaal toe wordt hij in de gelegenheid gesteld aan de voorwaarde te beantwoorden. Het voorschrift is hier dus zeer clement. De Indische scherpschutters kunnen bij hun aanstelling zeggen j'y suis, j'y reste- Yeel vertrouwen in het doel, met de oefeningen der scherpschutters beoogd, spreekt het voorschrift in die groote toegevendheid niet uit.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 471