456 van het langdurig schieten en beschoten worden van een gezamenlijk vuur, maar slechts van het kalme vuur van een enkel individu, bijv. een schildwacht. Yraagt men, of de schietregels betreffende het gezamenlijk vuur op de kleine en groote afstanden eigenlijk wel schietregels zijn, dan is er maar een antwoord: eigenlijk zijn ze dit niet. Weliswaar worden d aai in voor het gebruik der vizieren aanwijzingen gedaan, maar daar blijft het bij. Het is vermoedelijk om van de vredesoefening een deugdelijke voorbereiding, een spiegel van den oorlog te maken, dat het voorschrift voor de gezamenlijke vuren op korte afstanden voor tijd van vrede andere zoogenaamde schietregels geeft, dan voor het gevechtsterrein. Zie, dit is nu op het gebied van schietoefeningen het allernieuwste, dit is nu de volstrekte ontkenning, de omkeering van hetgeen tot dusverre voor eene gezamenlijke schietoefening werd noodig geoordeeld. Men leze, lette op de tegenstelling in de beide paragrafen en oordeele160. Rij het gezamenlijk vuur geldt als regel, dat beneden de 200 M. naargelang van de hoogte van het doel met standvizier of klep op 't voetstukvan 200 M. tot 300 M. met klep op 't voetstuk en van 300 tot 400 M. met lange streep gevuurd „wordt," en 161: „Op het gevechtsterrein zal gewoonlijk, vooral „op de kleine afstanden, te hoog geschoten worden. Daarom kan „dhar reeds op 350 M. de klep op 't voetstuk en op 250 M. „het standvizier genomen worden. Het is in het algemeen betei „het laatstgenoemde wat vroeg te nemen dan de kans te lnopen, dat „het gebruik van het standvizierals een gevolg van de omstandig heden, later achterwege blijft en het vuurgevecht op de kortste af standen met een hooger vizier gevuurd wordt." Te voren trachtte ik reeds aan te duiden, hoe men zich den infante- riestrijd van nabij heden ten dage moet voorstellen ik prees het Indische leger gelukkig met een stelsel van schietopleiding dat, wat het indivi- dueele onderricht betreft, geacht kan worden in het moderne gevecht zijn uitgangspunt te hebben en nu gaat het voorschrift voor de oefeningen en voor het gevecht verschillende regels voorschrijven Waarom aan de goede methode ontrouw geworden In gedachte stel ik mij zoo'n vredes oefening, bijv. eene volgens de 129 en 130 reeds voor. Bedoelen zijn geplaatst op 350 M. Daar begint het lieve leven. De klep staat

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 475