459 van het opschrift tot een scherpe toetsing moest aanleiding geven. Met het hoofdstuk „Premiën, prijsschieten en onderscheidingstee- „kenen" komen we in een andere, meer behagelijke sfeer. Alles is hier in 't werk gesteld tot het aankweeken en levendig houden van „lust en liefde" in het schieten. Men moet na de bepalingen omtrent het prijsschieten, de grootte van pre- miën en prijzen, enz., die ik niet in het bijzonder kan vermelden, lezen hoe het voorschrift wil, dat de dag van het prijsschieten een feestdag zij; hoe de prijzen, die uit een zilveren op de linkerborst te dragen versiersel bestaan, op het terrein van den wedstrijd plechtig worden uitgereikt; hoe er voor iedere 5 man één prijs beschikbaar wordt gesteld; zich voorstellen hoe bij het teruggaan naar het kam pement de prijswinners vóór het hoofd der colonne marcheeren on middellijk achter de muziek, om te begrijpen, dat er in de harten der gelukkige winners bij dien terugmarsch iets omgaat, iets wat hen opwekt en aanspoort, en om tevens in te zien, dat ook de naijver van hen die daar volgen, slechts aan de schietvaardigheid van het geheel kan ten goede komen. De prijzen, waarvan het reglement teekeningen geeft, munten uit door sierlijkheid en smaak; ze zijn vrij wat fraaier dan de beloo ningen voor langdurigen dienst bijv. Omtrent het hoofdstuk, „het schietregister en de daaraan toe gevoegde modellen", mag ik mij bepalen met het te noemen. Bij eerste lezing scheen mij dit hoofdstuk duidelijk en correct; ook munt het uit door beknoptheid. Van ,de taak om de staten, de modellen en de voorbeelden van invulling tot in de onderdeelen na te gaan, heb ik gemeend mij ontslagen te mogen achten. V. 8. Dl. I, 1889. 30

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 478