36 natuurlijk en opklimmend op adem brengenén bij het paard én bij den ruiter. Reeds lang wordt in alle geschriften en studiën, op de cavalerie betrekking hebbende, het op adem brengen aanbevolen. Dit is eene algemeene noodzakelijkheid, die door niemand meer wordt betwist. Dit op adem brengen nu, het entraineeren, moet zich niet bepalen tot het paard, doch geldt ook den ruiter. Al kan dit doel niet geheel bij de africhting worden bereikt, dan moet men toch den troep in een toestand brengen die voor den oor log onmisbaar is. Het is vooral aan het einde der oefeningen, wanneer de recruten hunne paarden kunnen besturen en hunne wapens kunnen hanteeren, de plicht van den onderwijzer zich af te vragen, of de eerste phase hunner militaire opvoeding werkelijk is voltooid, of hun niet die wak kere, kloeke inborst ontbreekt, die van de cavalerie een onver schrokken wapen maakt, dat op de hoogte is van zijne zware taak. In éen woord, men moet zich afvragen: „zijn de cavaleristen klaar om te velde te trekken?" Op deze vraag moet volgen: „zijn zij geëntraineerdZoo ja, dan is alies goed; zoo neen, dan is er niets gedaan. Na eenige dagen van vermoeienis zal de sterkte verminderen en de moreele waarde van den troep zal eveneens achteruitgaanen dit is noodlottig. De lichamelijke volharding, als een gevolg van het entraineeren, staalt de gezondheid, en uit deze komt de energie voort. Eene methode van instructie geven zal dus niet aan de eischen voldoen en zal geen waarborgen opleveren, wanneer zij niet aan het dubbele doel beantwoordt: 1°. van ieder onderdeel met zijne betrek kelijke waarde op de juiste plaats te rangschikken, en 2°. wanneer zij niet eene grondige wijze aangeeft om paarden en manschappen op adem te brengen. Indien er ééne quaestie moeilijk op te lossen is, dan is het zeker die van het paard en de rijkunst bij de cavalerie. Gewoonlijk spreekt men gaarne over dergelijke onderwerpen en de bewondering, die ieder voor zijn eigen systeem gevoelt, doet wel eens eene te groote voor ingenomenheid geboren worden, en op het punt van militaire rijkunst is dit juist de klip, die moet worden vermeden. De hoofdvraag die

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 47