468 geplaatst, met een sabel in de hand, eene voorstelling geeft van den cavalerist, die met de werkelijkheid geheel in strijd is. De onderwijzer maakt er den leerling op attent dat hij de slagen van den sabelruiter door hooge parades afweert, die alleen daarin met, de gewone verschillen dat de bajonet hooger gehouden wordt en gericht op de borst van zijne hooge tegenpartij. Om het paard te treffen, wordt de gewone stoot toegebracht, doch om zijn berijder te verwonden, zal men noodwendig verder moeten stooten, waartoe de werpstoot dient. De onderwijzer wijst er den leerling op, dat de linkerzijde van het paard de meest gunstige plaats is, omdat de sabelruiter hem daar moeielijk kan treffen. Door uitwijkingen en sprongen zal hij zich steeds daar trachten te plaatsen. Dekt de cavalerist zich zoo goed, dat het moeilijk wordt hem te treffen, dan zal het dikwijls raadzaam zijn, het paard een stoot of slag toe te brengen waarbij de leerling indachtig is, dat hij zich niet bloot geeft. Al is de verwonding, het paard toegebracht, ook niet doodelijk, toch zal de ruiter al zijne aandacht moeten vestigen op het paard, dat zeker zal beginnen te steigeren. "Van dit oogenblik maakt de bajonetvechter gebruik, om den berijder te treffen door den werpstoot. Derde Afdeeling. Het muurtrekken en de carré's. Met eene korte aanteekening op deze afdeeling is mijn arbeid geëindigd. Om het eentonige van de assauts te voorkomen, moeten deze muren en carré's beschouwd worden als aanwijzingen, waarop telkenmale behoort gevarieerd te worden. Bij het den 19en Februari jl. alhier gegeven assaut werd op aan wijzing van den Plaatselijken Commandant, den luitenant-kolonel M. H. Vis, noch een muur, noch een carré vertoond; en toch had dit assaut buitengewoon succes. Die muren en carré's vervelen het publiek dat ze één- of tweemaal gezien heeft. Waarom ik kort was in mijne critiek? Om niet te veel te vragen van het. geduld van den lezer, en uit vrees, dat deze beschouwing

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 487