471
Bij eene waarde van: a 50 M., eene standvastige waarde van
110,87 mM. en R ~j> li kan nu op de bij de chronograaf be-
hoorende liniaal, de snelheid V direct worden afgelezen en wel
juist tegenover den afstand H van het nulpunt der millimeterver-
deeling.
Stelt men zich thans voor dat bij eene suelheidmeting met het
zelfde instrument, doch op eene andere plaats der aarde: a, h en H
hunne zelfde waarden behouden, doch
g' de versnelling der zwaartekracht,
T' gemeten vluchttijd, en
V'= snelheid is,
dan zal voor die plaats
wanneer: H h,
r - V72 H~/2 h en Ts/9'
s/9' s/2 Hv/2 h
en wanneerh H,
rp, v/2 h~v/2H a ~/g'
1 y—,en V =-
s/9' ~v/2 hv/2 H
Onafhankelijk van de betrekkelijke grootte van li en H zal dus
steeds
T: T' 7(I)
s/9 s/9 y
en Y: Y'=Sg: yg'(II)
of in woorden
Wanneer bij snelheidmetingen met de chronograaf Le Boulengé op twee
verschillende plaatsen der aarde de afstand der draadramen dezelfde is
en zoowel bij de disjonctie als bij het schot op beide- plaatsen de
zelfde valhoogten van den chronometer worden gemeten, zullen
de vluchttijden op beide plaatsen omgekeerd en de snelheden recht
evenredig zijn met de vierkantswortels uit de versnellingen der zwaarte
kracht voor die plaatsen.
De grootte der gravitatie, waarvan gebruik is gemaakt zoowel bij
het aanbrengen der verdeeling in „Ms. snelheid" op de liniaal der
chronograaf als voor het samenstellen der tabel, aangevende de ver
houding tusschen valhoogten en valtijden, kan gemakkelijk afgeleid
worden als men weet dat de uitvinder van de chronograaf in zijn
„Description et emploi du chronographe le Boulengé" op blz. 25