480
toelage voor entrée de campagne, bedragende voor een meester-werk-
man f 75 en voor een werkman 50, benevens een soldij ver
hooging van f 0.25 voor een meester-werkman en f 0.10 voor een
werkman.
Subalterne officieren en de met hen geassimileerde ambtenaren
reizen van Italië naar de Roode Zee en terug in de lc klasse.
Mocht er in de le klasse geen plaats zijn, zoo reizen zij in de
2° klasse, doch behouden hun recht op de voeding, zooals die voor
de le klasse is voorgeschreven.
Officieren, ambtenaren en minderen, geroepen tot dienstverrichtingen
buiten het door Italiaansche troepen bezette grondgebied aan de
kusten van de Roode Zee, ontvangen toelagen als bij zendingen of
opdrachten in het buitenland.
Gedurende de reis van Italië naar Afrika en terug ontvangen
mindere militairen, behalve de gewone voeding aan boord, eene
bijzondere toelage van f 0.25 voor de onderofficieren en van f 0.10
voor de korporaals en soldaten.
Deze toelage wordt ook genoten gedurende het transport van de
eene haven van Afrika naar de andere, wanneer op deze reizen niet
de bepalingen van buitenlandsche zendingen toepasselijk zijn.
De uitgaven hierboven vermeld worden gedragen door het budget
van oorlog.
Tevens komen ten laste van deze begrooting de uitgaven ten be
hoeve van de civiele ambtenaren en employé's, gedurende den tijd,
dien zij ter beschikking zijn van de militaire autoriteiten.
Uitgaven voor spionnenberichten worden vergoed op eene declaratie
van den opperbevelhebber of van den commandant van Assab.
De kolonel en de luitenant-kolonel, ter beschikking van den opper
bevelhebber om het bevel te voeren over eenige bataljons, genieten
het traktement, de toelagen en de paardenfourage van een kolonel
regimentscommandant.
IV. Militaire Rechtspleging.
Aanvankelijk, toen Italië alleen Assab bezet had, werd de bezetting
daar gerekend te behooren tot de militaire jurisdictie van den krijgs
raad te Bari (in Italië aan de W. kust van de Adriatische Zee).
