41 dit 4e tijdperk dus zou men, oppervlakkig gezegd, de opleiding van den recruut als geëindigd kunnen beschouwen; doch dit is niet zoo, ofschoon hij alles tot aan de eskadronsschool doorloopen heeft. Men heeft nu nog die samensmelting tusschen man en paard te bewer ken, waaruit de geduchte eenheid te voorschijn treedt, met name de cavalerist. Gold het een gewoon soldaat, dan zou men geen anderen maatstaf behoeven te nemen dan de waarde van het indi vidu; met den cavalerist is het anders. Een cavalerist is het resultaat van verschillende bij elkander gebrachte grondstoffen, waarvan de twee hoofdzaken zijnde volmaaktheid van den man en de volmaaktheid van het paardzonder de vervulling van deze twee voorwaarden is de cavalerist geen werkelijk goed deel van zijn wapen. Om te voldoen aan het eerste gedeelte zijner opvoeding is het noodig, dat de cavalerist geworden zij een paardenman, d. w. z. dat hij zjjn paard door en door kent, dat hij weet wat er in zit, dat hij zijne gangen en zijn gezondheidstoestand kent, dat hij er vertrouwen in heeft en dat hij het weet te verzorgen. Dan zal de ruiter met ver trouwen de gevaarlijkste ondernemingen beproeven. Zoo niet, dan zal hij verlegen zijn, bang, aarzelend, niet op zijn paard durven rekenen en geen goede diensten kunnen bewijzen. Om nu de bedoelde eenheid van man en paard niet tot de vrome wenschen te doen be- hooren, is het bepaald noodig, dat zij zelfstandig' worden uitgezonden, hetzij om een marsch te maken eerst over een vooraf bepaalden weg, hetzij men hun bij velddienstoefeningen afzonderlijke groote opdrachten geeft, waarbij de ruiter zelf zijn weg moet zoeken. Dan zal hij, wie hij ook zij, zijn paard leeren kennen, zijne krachten en zijne behoeften leeren beoordeelen, het weten te ontzien, te verzorgen, in een woord er zich van weten te bedienen. Dat dit niet alles in den recrutentijd kan worden beoefend eu geleerd is natuurlijk, doch er moet mede begonnen worden en in het eskadron worden voortgegaan. Het nut van een en ander bleek bij de groote manoeuvres in Augustus van dit jaar, waar, door den verkonnings- en ordonnansen- dieust, dagelijks het grootste deel der cavaleristen zelfstandig moest worden uitgezonden. Door de wijze van rijden en verzorgen van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 52