- 549 zullen zij veelal de ervaring, die zij in den lageren rang hadden moeten opdoen, in den hoogeren niet meer deelachtig kunnen worden. Geen onpartijdige zal toestemmen, dat zulk een toestand recht van bestaan heeft. Is er eenmaal een maximum-diensttijd voor de speciale betrekkingen vastgesteld; is voor elke soort dier betrekkingen het aantal officiers dienstjaren bepaald, dat men zal moeten hebben om toegelaten te worden; is als regel aangenomen, dat men de beide laatste, der bevordering voorafgaande jaren in den troep moet dienen; en is er ten slotte een goed en op rechtvaardigen grondslag steunend stelsel van plaatsing bij keuze ingevoerd; dan zullen de vorengenoemde nadeelen, zoo zij niet geheel vervallen, toch tot een minimum beperkt worden. Het is thans mijne bedoeling niet, eene poging tot oplossing van dit geheele vraagstuk te wagen. Ik wensch het slechts in zóóverre te bespreken, als het de luitenants van de Militaire School en de Cursussen betreft. Maar voordat ik hiertoe overgazij het mij vergund, in herinnering te brengen, dat ik reeds vroeger in dit tijdschrift heb ver klaard, niet te kunnen instemmen met het denkbeeld, dat de in eene speciale betrekking werkzame officier meer traktement moet hebben dan zijn collega bij den troep. Haar mijne meening zouden de traktementen van beiden gelijk moeten zijn, maar zou daarentegen elk officier eene periodieke traktementsverhooging moeten genieten. Yoert men dit stelsel bij het leger in, dan zal het uit eene speciale betrekking herplaatsen bij den troep geen vermindering van inkomen ten gevolge hebben, een zeer groot bezwaardat zich bij de thans vigeerende regeling der traktementen wel zou voordoen. Iets geheel anders is het toekennen van gratificatiën, toela gen of schadevergoedingen b. v. aan officieren, die bij de Schiet school worden gedetacheerd, of van wie bijzonder zware inspanning gevorderd wordt, e. a. Dit zijn slechts zeer tijdelijke baten, die men den belanghebbenden niet onthouden kan, zonder onbillijkheden te begaan. Zal zulk eene regeling ooit in practijk worden gebracht Zal het schadelijk werkend eigenbelang hare invoering niet altijd blijven beletten

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 568