106 Op deze raededeelingen bouwde De Brauw het volgende plan. De beide, aan het slot van het vorige hoofdstuk genoemde compa gnieën zouden de Moe si afvaren tot Loeboe Sepili; vandaar zou eene colonne, bestaande uit de 3e compagnie van het 7e bataljon (106 man sterk), 30 Europeanen, een handmortier en 50 pradjoerits, onder den kapitein K. F. van Steijn van Hensbroek naar de versterkte koeboeans uitrukken en deze vernielen. De le luitenants J. C. W. Prager en B. F. E. J. Klamberg, die met militaire detachementen gedurende den veldtocht naar A m p at La wang op de beneden-M o e s i e gedetacheerd waren, zouden zich te zelfder tijd bij Moeara Semangoes vereenigen, de Seman- goes opvaren, al de koeboeans aan de benedenrivier, benevens Lesong Batoe, vernielen en de vluchtelingen, die de Sem angoes mochten afkomen, gevangen nemen. Aan de colonne van Yan Steijn van Hensbroek werden 170 koelies toegevoegd, afkomstig uit de doesoens, welke doorDragam en de zijnen beroofd vtaren gewordenop de trouwe medewerking dier koelies kon men voorzeker het best rekenen! Die colonne, als gezegd den 3™ Juni van Tebing Tin ggi ver trokken, kwam denzelfden dag te Loeboe Sepili aan en mar cheerde den 4™ naar het „rijk van Drag am". De eerste versterkte koeboean, die zij onderweg aantrof, was verlaten, doch omstreeks den middag kwam zij voor die van het hoofd van Tambangan, waar uit zij met geweren en lilla's beschoten werd. Het adjunct-divisie hoofd van Kikim sneuvelde door dit vuuronmiddellijk werd daarop de uit boomstammen en aarde opgeworpen verschansing stormender hand veroverd. Aan onze zijde werden 4 personen gewond: de 2e luitenant F. R. C. Schlüter, een Europeesch soldaat en 2 pradjoerits. De vijand stak zelf de in de nabijheid aanwezige huizen in brand en vluchtte vervolgens over de Semangoes. Onmiddellijk werd nu de marsch vervolgd naar T an dj o en g Brin- gin, welke plaats een half uur later bereikt werd. Zij werd slechts zwak verdedigd en zonder verlies genomen. Men vond in de huizen een grooten buit, veel padi en zelfs valsche guldens, van tin gemaakt. De muiters vluchtten ook hier over de Semangoes.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 112