122
weigeren de landrente te betalen of in onderwerping te komen.
Na geringen tegenstand werden (1 Nov. 1852) de stellingen der
muitelingen ingenomenzulks had ten gevolge dat alle hoofden van
Moelak Oeloe den 23en November bij den civielen gezaghebber
van Lahat in onderwerping kwamen.
Hiermede waren, voor het jaar 1852, alle krijgsverrichtingen af-
geloopen en over 't geheel liet zich de toekomst gunstig aanzien.
Yan Radja Tiang Al am vernam men dat zijn aanhang nagenoeg-
geheel verloopen was en hij zich met een gevolg van slechts 15
personen naar Lintang Kiri, zijn gewoon verblijf in Am pat
La wang, begeven had.
In alle oorden der residentie heerschte op het oogenblik rust
alleen Makakau baarde voor de naaste toekomst nog eenige zorg.
"Wel waren, in September, alle proatins vandaar als gemachtigden
van pangeran Poeting, pasirah van Makakau, met betuigingen
van onderwerping te Lahat bij De Brau w. aangekomen en had
deze, vermits zij geacht werden de groote bedragen van achter
stallige landrenten niet te kunnen voldoen, hun toegestaan slechts
eene hoeveelheid rameh als bewijs hunner goede gezindheid op te
brengen, terwijl voor de toekomst ook hier de atoeran sindang
mardika gelden zou; maar latere berichten meldden dat er „wan
trouwen" en „onrust" onder de bevolking bleef heerschen in 1853 zou
blijken dat pangeran Poeting zich geheel op een onafhankelijk
standpunt wilde handhaven.
De bevolking der Palembangsche binnenlanden begon zich overi
gens meer en meer op den landbouw en handel toe te leggen; be
trekkelijk groote hoeveelheden producten (rijst, katoen, bindrotan,
damar, enz.) werden dagelijks ter hoofdplaats aangebracht, en de
aanzienlijke afbetalingen van landrenten getuigden dat de welvaart
en de goede gezindheid onder het volk steeds toenamen.
De Brauw vond hierin aanleiding, den 17e" December 1852 met
Z''. Ms. stoomschip Borneo 7 officieren en 120 minderen naar Java te
zenden, terwijl nog eerstdaags 60 man zouden volgen„dan", schreef
hij in zijn verslag van genoemden datum La. N/24, „zullen de beide
„compagnieën van het 7e bataljon benevens de le compagnie van het
„5° bataljon, na aftrek van hetgeen tot versterking van het garnizoens-