6 bijgestaan door den controleur P. Se verijn en door de regenten van Soengei Leman en Soengei Itam, wist echter een zoo doelmatig gebruik te maken van de te zijner beschikking staande hulpmiddelen bevolkingspatrouilles, gewapende politiedienaren en militaire macht dat omstreeks medio Januari al de rooverbenden weder naar hunne haardsteden waren teruggekeerd. Intusschen kwamen achtervolgend de majoor J eek el met de Afri- kaansche, later ook de Inlandsche compagnie van het 3° bataljon met 100 Madureesche koelies te B en g k oe 1 en aan. De rust in dit gewest werd nu niet meer bedreigd, doch aan het plan, deze troepen tot de operatiën tegen Ampat Lawang te doen medewerken, werd geen gevolg gegeven. Het komt ons nuttig voor, de reden hiervan eenigszins uitvoerig te doen kennen. In zijne missive aan den Gouverneur-Generaal, dd. 6 Maart 1852 La B/D, schreef De Brauw het volgende: „De aan mij gerichte brieven van den majoor, militairen com mandant van Beng koelen, boezemen mij eenige ongerustheid in over den goeden uitslag van de colonne, welke tegen Ampat Lawang, van de zijde van Bengkoelen, moet opereeren. „Ik ben nog in het onzekere of, van Java uit, in de benoodigde transportmiddelen zal worden voorzien. De adsistent-resident van Bengkoelen zegt, hiervoor maar te nauwernood tot aan de grenzen te kunnen zorgen, doch verder niet. De grenzen van Bengkoelen en Palembang worden gevormd door den rug van het Barisan- gebergte. Tabemono (waarheen, naar de meening van De Brauw, de colonne hare schreden zoude moeten richten), dat aan deze zijde ligt en welke plaats in het begin van April bezet zou worden, behoort tot het Palembangsch grondgebied. De colonne zou dus zonder trans portmiddelen daar wezen. Yan deze zijde kan daarin niet worden voorzien, en de bevolking zal stellig niet helpen; het zal al mooi wezen indien zij de troepen van levensmiddelen voorziet. „Wijders schijnt het civiel bestuur te Bengkoelen zeer tegen het maken van eene expeditie naar Ampat Lawang ingenomen te zijn, waarschijnlijk om de moeilijkheden die zulks voor dat bestuur

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 12