168
De artilleristen zijn, zonder eenig beginsel, geformeerd in bataljons
van 250 man, die de tactische eenheden van het leger zijnbatterijen
of divisiën bestaan niet; uit zuinigheid geeft men aan de bataljons
voor hunne oefening eenige vau de oudste vuurmonden en een klein
aantal paarden. De andere vuurmonden zijn opgeborgen in de twee
depots te Teheran en te Tauris.
De paarden, welke eene bijzondere administratieve eenheid „den
Artilleriestal' vormen, die rechtstreeks geplaatst is onder de be
velen van den minister van oorlog, worden steeds in bepaalde gedeelten
van het land op formatie-sterkte gebracht en gehouden.
Het materieel is in slechten staat; van de 1000 vuurmonden,
welke Perzië bezit, zijn er nauwelijks 34 in Europa vervaardigd,
welke dienst zouden kunnen doen. De andere zijn gegoten in de
arsenalen te Teheran en te Tauris, doch zoo slecht dat zij vol
komen onbruikbaar zijn.
In die arsenalen legt men zich bovendien meer toe op het gieten
van standbeelden en eerefonteinen en op het maken van rijtuigen
dan op het vervaardigen van militaire benoodigdheden. De affuiten,
welke uit deze arsenalen komen, missen de benoodigde stabiliteit bij
het vuren, en de voorwagens zijn onbruikbaar.
Lij de stukken behoort slechts een gering aantal projectielen;
zij worden afzonderlijk en niet geladen opgelegd.
De ongeregelde troepen bestaan uit Infanterie en Cavalerie; zij zijn
nog slechter georganiseerd dan de geregelde. Hunne eenheden, samen
gesteld op de wijze als vroeger de Pruisische militie-eenheden, ver
schillen veel van elkander, zoowel wat de sterkte betreft, als wat
aangaat hunne beteekenis in de algemeene organisatie van de strijd
krachten van den staat.
De ongeregelde Infanterie bestaat slechts in de provinciën Hilan,
Masanderan, Khorassan en in de grensstreken van Jieloetchistanzij
is niet sterker dan 4000 man, verdeeld in kleine zelfstandige detache
menten van 50 tot 100 infanteristen, die slechts dienst behoeven
te doen binnen de grenzen van hun eigen grondgebied.
De ongeregelde Cavalerie is veel aanzienlijker; zij wordt verdeeld
in permanente en in tijdelijke Cavalerie.
De permanente Cavalerie, welke het Gouvernement in tijd van