169 oorlog kan oproepen, wordt gerecruteerd uit de gevestigde stammen en bestaat uit 81 contingenten van 250 a 300 man, makende een totaal van 20000 h 25000 cavaleristen. De tijdelijke Cavalerie wordt alleen in tijd van oorlog geleverd door de nomadenstammen; men schat haar effectief op 150000 a 200000 manschappenhet resultaat zal echter al zeer schitterend genoemd kunnen worden, wanneer men er 70000 of 80000 kan vereenigen, in het geval de nomadenstammen aan den oorlog willen deelnemen. Wat de waarde van deze ongeregelde Cavalerie aangaat, zij is niet beter dan de Turksche Bachi-Boezoeks. Maatregelen voor eene spoedige mobilisatie of tot uitbreiding van het effectief in tijd van oorlog zijn niet genomen. De tegenwoordige toestand der Turksche vloot. De Army and Navy Gazette van den 26cn Januari jl. geeft de volgende beschrijving van de waarde en den toestand der Turksche vloot. „Sedert de aankomst uit Engeland van de schepen, welke de Turk sche vloot vormen, of sedert den terugkeer van Alexandrië hebben de schepen geen zee meer gebouwd. De onbeduidende poging van Hobart-Pacha om, bij den laatsten opstand, Creta te blokkeeren, noch de zending van eenige kanonneerbooten op den Donau kunnen hier toe in rekening worden gebracht. „Hoewel de regeering voor dit jaar een kruistocht heeft bevolen, kan men zeker zijn, dat hiervan niets gebeuren zal. Alle schepen zijn thans in „den gouden Hoorn" tegenover het arsenaal vereenigd, onder het voorgeven dat zij reparatiën moeten ondergaan. Er is in langen tijd echter niet aan gewerkt. Er is geen geld om materialen te koopen, terwijl de magazijnen ledig zijn. De Engelsche employe's in het arsenaal zeggen dat de daar heerschende armoede verbazend is. In de betaling van de traktementen is Turkije ongeveer twee jaar achterlijk. „Sultan Abdul-Azis wilde een vloot hebben en stelde er zijn grootste Dl. 11, 1889 11

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 175