195
treffers kan men in zekere trefferruimte brengen?
Driehoeksmeting.
1. Ten einde den afstand te vinden van twee
punten A en B, die door eene terreinhindernis
van elkaar gescheiden zijn, heeft men op het
verlengde van B A uitgezet een afstand. A C
100 M. en uit C, in eene willekeurige richting,
eveneens een afstand C E van 100 M. Indien
men nu gemeten heeft den hoek C E A 48
3' 10", in het verlengde van C E een baak 1)
plaatst, zoodanig dat hoek C DB hoek C E A
en nog meet den hoek CAD 70° 12 25
vraagt men den afstand A B te berekenen. (30 min.)
2 Om uit een punt A den afstand tot een
ontoegankelijk punt B te vinden, heeft men op
het verlengde van B A uitgezet een afstand A C
7.5 M. Uit A en C meet men de hoeken
C A D 68° 13' 35" en A C D 55° 7' 24" naar
een punt D, dat eveneens ontoegankelijk is. Op
de helft van den afstand CD, die daartoe eerst
berekend moet wbrden, plaatst men eene baak
E en voorts eene baak E in het snijpunt der
richtingen A D en B E. Indien men nu A F
rechtstreeks kan meten 35.7 M., vraagt men
A B te berekenen. (45 minuten)
3. Een stuk sawah vormt juist een driehoek.
De zijde A B, die langs eenen weg ligt, meet een
Javapaal (1506,9 M.). Indien nu gemeten zijnde
azimuths CA 107° 15', CB 194° 45'in het punt
C en A B 234° 45' in het punt A, vraagt men
de oppervlakte dier sawah te berekenen. (30 mi
nuten)
4. Yan een theetuin in den vorm van een
vierhoek A B C D zijn bekend de zijde AB