207 geene rooftochten meer schuldig gemaakt. Ook PasoemahLebar is lang stil geweest, doch nu weder plotseling begonnen, en het is mo gelijk dat, nu het ijs gebroken is, het bij een rooftocht niet blijven zal, terwijl, als wij niet telkens de geëischte voldoening krijgen, wij naar de wapens zullen moeten grijpen om hen te bestraffen, zullen wij later niet in grootere moeielijkheden komen. „Ik geloof daarom dat, hoezeer ook de atoeran sindang mar dik a meer naar den zin der hoofden en het volk is, wij in onze militaire en politie-middelen zooal niet de eenigste, dan toch de beste veiligheid zullen vinden. „Hetgeen ik van de grensgewesten heb gezegd, geldt ook voor Ampat Lawa'ng. „Ook hier hebben dezelfde oorzaken denzelfden stand van zaken voortgebracht, welke nog gevaarlijker voor ons is, om reden dit landschap de betaling van landrenten is opgelegd, en dus de punten van aanraking daarmede menigvuldiger zijn dan met de grensgewesten. Eene belasting die, zonder ons te veel van zwakheid te doen verdenken, niet meer kan opgeheven wordenwant ditzelfde onrustige landschap was aan de belasting van den Sultan onderworpen, hetgeen met de andere grensgewesten het geval niet was. „Ook hier kan alleen ons direct gezag en een meer geregeld bestuur aan dé hoofden het verloren gezag teruggeven. „Men zou, na het bovenstaande, kunnen vragen waarom ik dan in Mei 1852 na de expeditie in Ampat Lawang dat landschap niet heb blijven bezetten, maar integendeel, na rijp overleg, tot zijne ontruiming ben overgegaan. „Ik heb daarvan vroeger de redenen opgegeven; zij waren voornamelijk: „1°. Grroote kosten, zonder, althans in de eerste tijden, evenredig voordeel „2°. het gemis van eene sanctie der regeering, welke voor een maatregel van zulke groote consequentie noodzakelijk was; en „8°. het verzet, dat nog op verscheidene plaatsen van ons direct grondgebied bestond en door dezelfde troepen, die de expeditie in Ampat Lawang hadden gemaakt, moest worden gedempt, terwijl de verwarde huishoudelijke gesteldheid der residentie ons toen verbood, hare grenzen meer uit te breiden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 213