259 worden. Dit zal o. m. het geval moeten zijn bij het afgeven van het vuur dat den aanval onmiddellijk voorafgaat en verder in alle kritieke of beslissende momenten in het gevecht. Wij noemden verder de gewichtsvermeerdering, welke het geweer door de transformatie ondergaan heeft, op zichzelf beschouwd onbeteekenend. Welke goede eigenschappen de Inlander ook moge hebben als soldaat en hoeveel waarborgen hij o. i. ook aanbiedt om onder goede leiding een goed schutter te worden, hij is nu eenmaal geen krachtig man en ook de Europeesche soldaat gaat in physieke kracht in Indië achteruit. Deze omstandigheid en het steeds zoo afmattende klimaat in Nederlandsch-Indië wijzen op een eisch van lichtheiddie aan de vuurwapenen aldaar bepaaldelijk moet gesteld worden. Yoor het Nederlandsche leger moge de gewichtsvermeerdering van 1 HG. onbeteekenend zijn, voor het Indische leger, waarvan het te transfor- meeren, nu in gebruik zijnde geweer reeds veel te zwaar isis elke gewichtsvermeerdering een factor, waarmede rekening moet worden gehouden. Volkomen beamen wij hetgeen de le luitenant W. J. C" Creutz Lechleitner, op blz. 336 en 337 van het Indisch Militair Tijdschrift Nn. 4 van 1889, ter zake schreef en meer speciaal kunnen wij nu ook uit zij het dan ook niet langdurige ondervinding de volkomen juistheid erkennen van den zin: „Niet alleen wordt dan de krachtsinspanning bij elk schot op „zichzelf beschouwd grooter, maar ook moet zij, bij herhaling, met „kortere tusschenpoozen worden betoond, waardoor de totale krachts inspanning, in een bepaald oogenblik geëischt, bij dat getransformeerde „geweer aanmerkelijk grooter zou worden Hoe uitstekend dan ook het getransformeerde geweer als over gangswapen—voor het Nederlandsche leger zal zijn, het is—jammer genoeg voor het Indische te zwaar en die omstandigheid zou oorzaak zijn dat vele der voordeelen van het repeteergeweer verloren gingen en er bij het doorgezette krachtige snelvuur wel zeer veel patronen zouden gebruikt worden, maar bijna niet gericht en dus ook zeer weinig zou getroffen worden. Zooals wij in het le gedeelte van ons artikel gezien hebben, voert

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 265