- 273 zien moet en roet behulp van de bij onderscheidene wetten en voor schriften vastgestelde bepalingen de discipline daarin moet handhaven. In Europeesche toestanden nu geschiedt een en ander na de mo bilisatie gemakkelijker en eenvoudiger dan in het garnizoen hetzij de oorlog gevoerd wordt in 's vijands land ot in het eigen land, heeft die voorziening plaats met veel minder administratieven omslag dan een zuiver en richtig beheer van 's lands goederen en penningen in het garnizoen onvermijdelijk noodig maakt, alles wijkt dan voor de militaire eischentarieven, staten en andere administratieve stukkeu nemen slechts een zeer ondergeschikte plaats in vrees voor op te leggen vergoedingen als anderszins behoeft niet te bestaanals de compagnie steeds marsch- en gevechtsvaardig, goed gevoed en gekleed is, doet het weinig ter zake of daarbij al eens wat over den balk gaat. Met het oog daarop is dan ook de last, door het beheer van zulk een compagnie te velde veroorzaakt, niet te groot te achten, terwijl dit op voet van vrede, als wanneer de compagnie op minder dan de halve oorlogssterkte gehouden wordt, evenmin het geval is. In onze toestanden is dat evenwel geheel anders. Op voet van vrede is de compagnie sterker dan te velde eD de compagniescommandant ondervindt dus in het garnizoen alle bezwaren, aan het commandeeren en beheeren van eene sterke compagnie ver bonden de verantwoordelijkheid voor den goeden gang van zaken en voor het richtig beheer, zoowel in het belang van den man als in dat van den lande, nemen hem physiek en moreel geheel in beslag. Bij een formatie van 150 soldaten, waardoor de compagnie in het garnizoen ongeveer 175 minderen sterk wordt, is ook het handhaven van de krijgstucht geen zaak van geringe beteekeniszij, die de on dervinding daarvan hebben opgedaan, zullen deze bewering zeker niet tegenspreken. Wordt overeenkomstig het voorschrift, vervat in art. 14 van het reglement op den inwendigen dienst der infanterie, ecne compagnie van 175 Europeanen goed gecommandeerd en beheerd en de discipline daarbij goed gehandhaafd, dan worden de krachten van een persoon daarvoor geheel in beslag genomen; door boven dat cijfer te gaan, zou de goede gang van zaken in de waagschaal wor den gesteld. Zoolang wij dus het overal ook in Engelsch-Indië bestaande

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 279