275 Uit dien staat blijkt dat behalve voor het kader, wat door ver schil in laudaard verklaarbaar is, ook voor de fuseliers de formatie verschilt naar den landaard; niet alleen is dit geen tactische eisch, maar dat verschil is zelfs uit een tactisch oogpunt een onverdedigbare fout; de eenheid van oefening en tactiek, de eenheid in administratieve en andere voorschriften, welke voor de compagnieën der veldbataljons, die alle dezelfde rol moeten vervullen, onvermijdelijk noodig is, vor deren integendeel een gelijkheid in formatie en indeeliug, zoover van dat beginsel niet om overwegende redenen behoort afgeweken te worden. Behalve voor het kader zou die overwegende reden voor het verschil in het formatie-cijfer der fuseliers alleen gelegen kunnen zijn in het verschillend verloop van de onderscheidene landaarden, doordal dit b.v. voor Europeanen bedraagt ongeveer 17°/0 en voor Inlanders on geveer 13 °/0; de geschiedenis leert ons echter dat dit het geval niet is. (1) Bij de vroegere organisatie bedroeg wel de formatie van de Euro- peesche compagnie 100 of 101 fuseliers tegen 98 fuseliers bij de Am- boneesche, Inlandsche of Afrikaansche compagnie, maar dit luttele verschil was blijkbaar alléén een gevolg van een grooter kader, over eenkomstig den landaard der compagnie, daar dc sterkte van alle compagnieën zoowel Europecsche als niet-Europeesche 119 minderen bedroeg. Bij de organisatie van 1875 werd plotseling een verschil in formatie van 44 minderen tusschen dc Europeesche en de Inlandsche compa gnieën van de veldbataljons in het leven geroepen ware een verschil lende sterkte alleen tengevolge van het verschillend verloop noodig, dan zou dat toch in geen geval zoo belangrijk kunnen zijnblijkbaar zijn hier dus andere overwegingen in het spel geweest. Ook het verschillend formatie-cijfer, dat bij de tegenwoordige orga nisatie de compagnieën naar gelang van een landaard hebben, kan daaruit niet verklaard worden, daar er in dat opzicht tusschen een (1) Van blijkbaar goed ingelichte zijde wordt beweerd dat het verschil in formatie hoofdzakelijk gegrond is op den graad van mortaliteit waaronder wel het verloop zal moeten verstaan worden der verschillende landaarden; het is dus niet alleen een gevolg daarvan. (Zie: de Indische Gids, jaargang 1882. De nieuwe formatie van het Indisch leger.)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 281