U
286
„In het gericht vijandelijk vuur zijn alleeu nog compagniescolonnes
mogelijk. Bij een verdeeling van de compagnie in vieren hebben
deze colonnes vier onderafdeelingen en acht gelederen; bij een ver
deeling in drieën drie onderafdeelingen en zes gelederen. Bovendien
is de diepte der gesloten colonne bij een verdeeling in drieën een
vierde minder diep dan bij een verdeeling in vieren en zal dus
minder verliezen lijden, zoodat ook in dit opzicht die verdeeling
de voorkeur verdient.
„Het samentrekken in colonne en het ontwikkelen uit de colonne
geschiedt bij een verdeeling in drieën in de helft van den tijd daar
voor bij een verdeeling in vieren benoodigd en door steeds zoowel
voor het samentrekken als voor het ontwikkelen de middelste of
voorste afdeeling tot grondslag te nemen, kunnen geen vergissingen
plaats hebben en geschiedt alles op de eenvoudigste manier.
„Bij het geleiden van transporten is de verdeeling in drieën als
aangewezen, nl. het hoofd, den staart en het midden. De voor-
postendienst eischt almede dezelfde indeeling. Ook de sterktever
houdingen wijzen daarop. Volgens Marmont moet men op ongeveer
40 man één officier rekenen. Gaat men van dezen grondslag uit, en
neemt men 4 compagnieën per bataljon, zooals bijna overal het
geval is, dan komt men naarmate van het aantal officieren per com
pagnie tot de volgende cijfers
s a
o g
2 pelotons met 1 kapitein...-
3 officieren.... 2 luitenants.
3 pelotons
5 officieren,
4 pelotons met
6 officieren..
met
2 kapiteins..
3 luitenants
2 kapiteins.
4 luitenants
Effectief
der compagnie.
O
_2 m
M
c3 9
120
200
240
150
250
300
92
128
160
Effectief
van het bataljon.
CO
"fl bD
■2 2
'tz
O
e
572
928
1120
692
1128
1360