321 plaats, die het tooneel was van bloedstorting. Daar te Man dia n- gin ook vroeger reeds meermalen ongeregeldheden plaats hadden, achtte ik deze straf noodig." De wd. adsistent-resid^nt berichtte verder dat de gedane excur- siën bij de bevolking over het algemeen een voor ons gezag gunsti- gen indruk hadden gemaakt; maar, voegde hij er bij, na woelingen, zooals hier hebben plaats gehad, kan niet dadelijk op volkomen rust worden gerekend en eerst langzamerhand, naarmate de gemoederen tot bedaren komen, kan weder een normale toestand verkregen worden. Latere verslagen meldden dan ook dat in Gfoemai Oeloe de kwade gezindheid nog niet geweken was, al werd de rust niet dadelijk weder openlijk verstoord. (1) Volledigheidshalve moeten wij hier nog melding maken van on lusten, die in de afdeeling Moesi Oeloe plaats hadden. In de eerste dagen van het jaar 1857 had te Oedjan Panas een volks oploop plaats gehad; een derwaarts gezonden Inlandseh hoofd met 15 pradjoerits was door 300 man ingesloten, maar toen de adsistent- resident Wal land zich met 90 pradjoerits derwaarts begaf, was, voorloopig althans, de rust zonder veel moeite hersteld. In het laatst der maand Mei werd bericht ontvangen dat zich kwaadwilligen in den omtrek van Oedjan Panas ophielden; de civiele gezaghebber van Moesi Oeloe begaf zich daarop derwaarts met een detachement troepen, onder bevel van den len luitenant A. Knoote. In den avond van 4 Juni werd de genoemde doesoen door een 50tal gewapenden aangevallen, maar de aanval werd door de bevolking en de troepen met goed gevolg afgeslagen. Aan de zijde der muitelingen werden 5 personen, waaronder 2 hoofden, gedood en, voor zoover bekend, 5 zwaar gewond; aan onzen kant sneuvel den de pasirah van de marga Sindang Bliti en een zijner onder- hoorigen, terwijl 1 Inlandseh soldaat en 1 Inlander gekwetst waren. Hierna had geene rustverstoring meer plaats. Onze verhouding met de grenslanden, tusschen Palembang en (1) De wd. adsistent-resident, P. C. Baron van Eek, overleed den 3en Augustus 1857. Het civiel bestuur over Lamatang Oeloe ging voorloopig over op den controleur 2e kl. H. M. Botter.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 327