350 ook op den hoorn kunuen blazen en is van dat instrument voor zien. Het is moeielijk te begrijpen op welke overwegingen dit alle verhoudingen te buiten gaande cijfer berust; een feit is het echter dat om zoo te zeggen nergens ter wereld zulk een weelde bestaat een blik op den staat van blz. 271 maakt dit duidelijk. "Wellicht moet deze buitensporige formatie alleen worden toegeschreven aan de omstandigheid, dat vroeger bij eene indeeling van het bataljon in zes compagnieën dit 24 tamboers en hoornblazers telde en men dit aantal bij de nieuwe organisatie van 4 compagnieën per bataljon liefst niet te veel wilde verminderen met het oog op de aanvulling der korpsmuziek met geschikte elementen. Uit een tactisch oogpunt is dat cijfer niet alleen niet te verdedi gen, maar is het zelfs bepaald gevaarlijk, omdat het herhaaldelijk gebleken is dat de uitbreiding, welke het blazen tengevolge van het veel te groot aantal hoornblazers als van zelf heeft gekregeD, de infanterie te velde telkens in moeielijkheden brengt, verwarring ver oorzaakt en ten eenenmale strijdig is met de letter en den geest van de bepalingen, ter zake in het hoofdstuk „Bevelvoering en gebruik van signalen" van het „Yoorschrift voor hot gevecht" vervat. In nagenoeg alle legers gelden voor het gebruik van signalen in het gevecht zulke beperkende bepalingen, dat als regel daarvan geen sprake is en in het nieuwe Duitsche infanterie-exercitiereglement treft men omtrent de signalen in 39 de volgende bepalingen aan „De signalen worden hoofdzakelijk gebruikt in den garnizoens-en „inwendigen dient. „Bij de oefeningen bedient zich de leider van de signalen, om het „gevecht te doen staken, het te doen voortzetten of wel de com mandanten of adjudanten bij zich te ontbieden. „In het gevecht zelf zijn de signalen verboden, behalve: Snel „voorwaarts! Bajonet op! en Geefc Acht." Volgeus onze voorschriften is per compagnie in het gevecht niet meer noodig dan één hoornblazer bij den compagniescommandant, bovendien wanneer de compagnie zelfstandig optreedt in sommige omstandigheden één bij den commandant van een gedetacheerd ge deelte of bij den commandant der tirailleurlinie; op die twee één

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 356