ontwerpen, dat de beste eigenschappen der verschillende onderzochte stelsels in zich zou vereenigen en daaraan die verbeteringen en ver anderingen aan te brengen, welke de ondervinding bij de verdere proeven aan de hand zou doen. Het beste kaliber werd bevonden te zijn dat van 7.7 mM, terwijl wat den vorm der trekken betreft algemeen de voorkeur werd ge geven aan ondiepe, segmentvormige trekken zonder scherpe kanten (sijsteem Metford), daar hiermede de beste uitkomsten waren verkregen. Voor de sluiting viel de keuze op den Lee-grendel die gedurende drie jaren de beste van allen was bevonden, terwijl daaraan bij de geweerfabriek te Enfield nog eenige kleine wijzigingen en verbete ringen werden aangebracht. Ook voor het magazijn werd het Lee-stelsel gekozen en de pa tronen werden daarin in twee rijen gelegd, eenigszins op de wijze als in het Krnka magazijn gevolgd. Daar men geen vast en ook geen geheel los magazijn wenschte, werd een middenweg gevolgd door het magazijn aan het geweer te verbinden door een stalen kettinkje van enkele schakels, om het verliezen er van te voorkomen en daarbij den soldaat een reservemagazijn in den ransel te doen meevoeren. In September 1887 werden zes geweren, voorzien van korte sabel bajonetten, volgens vorenstaande denkbeelden der commissie door de geweerfabriek te Enfield vervaardigd en in December d. a. v. met den besten uitslag te Aldershot en bij de schietschool te Hythe beproefd. In Januari 1888 werd het nieuwe geweer definitief ter goedkeuring aangeboden en beslist dat tot een uitgebreide proef bij het leger en de vloot zou worden overgegaan, waartoe 350 geweren en 50 karabijnen werden aangemaakt. Deze wapens werden in Juli 1888 in gebruik gesteld en ook in verschillende garnizoenen in Egijpte, Indië en Amerika in beproe vend gebruik gegeven. De verschillende rapporten, ter zake ingediend, luidden in alle op zichten, zoowel wat betreft de trefkans en de stevigheid als de bruik baarheid als oorlogswapen, zeer bevredigend, zoodat in December 1888 het ontworpen geweer definitief werd goedgekeurd en als be wapening voor de infanterie werd aangenomen. Dl. II, 1889. 3

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 39