410 die gevangen werden genomen, terwijl aan den commandant werd op gedragen dit punt tot het uiterste vast te houden, later den terugtocht der colonne te ondersteunen en voorts den vijand, die zich wellicht in noordelijke richting naar de lagune wenschte te begeven met vuur tegen te houden, waardoor teven3 de colonne Yeerman in haren opmarsch zou worden beschermd tegen toeloop van gewapend volk. Om geen tijd te verliezen, werd zoo spoedig mogelijk doorgemarcheerd, terwijl het le peloton der 4C compagnie alsnu de achterhoede uitmaakte. Met het doorkomen van het daglicht werden de afstanden tusschen de onderdeelen der colonne vermeerderd. De Blang Pandjang werd verlaten en een voetpad in noordelijke richting gevolgd, waarop de colonne omstreeks 6 uur voormiddags den oostelijken hoek van eene kampong bereikte, welke men hield voor Tjadé Kedjoeroean. Oostwaarts van dezen kampongrand, in verband met de aanwijzing der gidsen, waar de vijandelijke versterkingen zouden gelegen zijn, werd herkend het open terrein, in den rug van 's vijands stellingen, waar het korps stelling moest nemen. De 2e compagnie werd op dit terrein eene defensieve stelling aangewezen, front makende naar het Oosten, terwijl het restee- rende le peloton van de 4e compagnie op 400 meter daarvan verwijderd in eene omgebogen stelling werd opgesteld, front maken de naar het Zuiden. Aan beide troependeelen werd opgedragen naar de vijandelijke stelling opdringende vijanden tegen te hou den en vluchtende vijanden gevangen of onder vuur te nemen, terwijl hun een gedeelte der ambulance werd toegevoegd. Ver volgens werd met de overblijvende le compagnie Europeanen en 3e compagnie Inlanders benevens het peloton cavalerie en de rest der ambulance eene verkenning ondernomen naar de ligging van 's vijands versterkingen, welke verkenning persoonlijk door den colonnecommandant werd aangevoerd. Met de cavalerie ver genoeg vooruit en de le compagnie in de voorhoede, werd op aanwijzing der gidsen doorgemarcheerd op een voetpad, aanvankelijk in het Zuidwesten, daarna in westeljjke richting voerende langs een met hoog hout en struikgewas begroeid moeras op de rechterflank

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 416