418 -=■ 100 din. koolzure of phospliorzure kalk, verkregen door gloeiing van Fridana- en Sepia-schelpen 100 din. gebrande kalk; 25 din. gecalcineerd zeezout 25 500/o van deze massa aan zwavel 6 7°/0 verfstof, bestaande uit de sulphiden van barium, calcium strontium, magnesium, aluminium of uranium. Ten slotte is vernis noodig. Blijkens door den Oostenrijkschen kapitein der genie Hess vermelde proeven heeft men geheelo vertrekken, voor de buskruitfabricage bestemd, lichtend geverfd, zulks met het doel om des nachts te kunnen door werken; het is na het voorgaande onnoodig te vermelden, dat die proef niet heeft kunnen voldoen. Immers kan de licht-émanatie van een muur vlak, dat slechts aan gebrekkig diffuus daglicht is blootgesteld geweest, nimmer voldoende zijn, om daarbij een minutieus, ernstig en veelal ge vaarlijk handwerk te verrichten. Dat niettemin in buskruit- en vuurwerkfabrieken de lichtverf ten be hoeve der bewaking en bij het uitbreken van brand eene uitgebreide en hoogst nuttige toepassing kan vinden, behoeft geen betoog; ook in de bergplaatsen van brandblusch-materieel zal zij mot vrucht kunnen worden aangewend. Ten slotte eene opmerking. Gelijk gezegd is, zal bij donkeren nacht de verf het sterkst lichten; daaruit volgt dat in het halfduister hare lichtkracht gering is; inderdaad straalt dan de verf geen lichtgloed uit, maar vertoont zij zich als helderwit en vervult ook dan haar doel. X.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 424