451 middelde lengte niet beneden die van de bewoners van Midden-Europa, ofschoon de physieke krachten, vooral van de bewoners van het Zuiden, bij die van den Europeaan achterstaan, althans waar het kortstondige maar groote inspanning geldt. De gemiddelde lengte van sommige stammen in het Noordwesten is zelfs grooter dan die van de volkeren van Midden- Europa; de Sikhs o. a. zijn nagenoeg zonder uitzondering grootesterke en zeer goed gebouwde mannen. De Goorkha's echter, van Mongoolsch ras, zijn kleine maar zeer geharde bergbewoners. Een en ander maakt het duidelijk dat het Britsche gouvernement in zijn Inlandsche onderdanen uitstekende elementen bezit voor de vorming van een goed leger. In de Noordelijke en Westelijke provinciën kan een nagenoeg onbeperkt aantal uitstekende mannen, als het ware geboren soldaten en daaronder tal van goede ruiters, worden aangeworven; velen wachten daar steeds op vacatures bij de verschillende regimenten, om in dienst te kunnen treden. Uitbreiding van het leger met zeer goede elementen voor Infanterie en lichte Cavalerie kan dan ook zoo noodig in zeer korten tijd plaats vinden. Dat, ondanks dat alles, het gouvernement steeds voortgaat een belangrijk deel van het leger in Madras aan te werven, niettegenstaande door de Britsche officieren vrij algemeen een ongunstig oordeel over deze troepen wordt uitgesproken, moet aan over wegingen van staatkundigen aard worden toegeschreven. Vermoedelijk zullen zij over geheel Vóór-Indië als bezettingstroepen worden verspreid, indien het noodig is b. v. in een oorlog met Busland de Bengal- en Bombay-legers te mobiliseeren. Nog één punt houde men bij de beoordeeling der waarde van Britsch- Indische troepen in het oog, nl. dat daar niet uitsluitend menschen van de laagste klasse der maatschappij worden aangeworven, maar dat een groot deel vooral der cavalerie-regimenten bestaat uit personen van geboorte en van eene gegoede klasse, ook van de hoogste kasten, die uit liefde tot den krijgsmansstand dienst nemen. De groote militaire waarde van de meeste troepen maakt het vormen van regimenten, bataljons en batterijen, uitsluitend uit Inlanders bestaande, mogelijk en de afscheiding der godsdiensten enkasten doet eene zoodanige organisatie zeer gewenscht voorkomen. Met de verschillende nationaliteiten wordt rekening gehouden, door hen in afzonderlijke regimenten te ver eenigen. Inderdaad worden zelfs in de verschillende regimenten de per sonen van denzelfden godsdienst of landaard zooveel doenlijk in afzon derlijke compagnieën of troops bijeengebracht. Maar niet alleen maken het onderscheid in godsdienst en de afschei- Dl. II, 1889. 29

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 457