452 ding der kasten eene vereeniging van Britsche en Inlandsehe troepen in een zelfde regiment ongewenscht, maar de zeer groote verschillen in huisvesting, voeding en algemeene behandeling doen een dergelijke ver eeniging onuitvoerbaar voorkomen. Terwijl de Britsche soldaat veel be hoeften heeft en daaraan op zeer volledige wijze wordt tegemoet gekomen, is de Inlander in zijn eischen uiterst eenvoudig en liefst zooveel mogelijk vrij in de wijze, waarop hij aan zijn geringe behoeften voldoet. Goede elementen voor de vorming van kader en Inlandsehe officieren vindt men onder de beschaafde kasten in voldoenden getale en ook dit maakt de organisatie van uitsluitend uit Inlanders bestaande korpsen mogelijk. In de tweede plaats werken verschillende factoren samen, om in het Britsch-Indische leger een groot deel der troepenmacht uit Inlanders te kunnen samenstellen; inderdaad is de verhouding van het Inlandsehe tot het Europeesche element als 21. Vooreerst vormen de groote militaire waarde, de aangeboren krijgs haftigheid, de trouw aan hun vaandels van verschillende stammen be langrijke waarborgen voor de deugdelijkheid. Verder is van veel gewicht dat de verdraagzame, onderworpen Hindoes de groote meerderheid van de bevolking en het Inlandsehe leger uitmaken, terwijl bovendien de strenge kastengeest eene nauwe aaneensluiting, tot bereiking van een politiek doel, van alle leden dezer meerderheid onmogelijk maakt. De belijders van den Islam, schoon minder talrijk, vormen toch eene voldoend sterke macht in het leger, om in vereeniging met ae Britsche troepen zoo noodig de Hindoe-regimenten in bedwang te houden. Gevaar voor samenwerking gedurende langeren tijd bestaat, bij de breede kloof die beide godsdiensten scheidt, niet. Na overweging van dit heldere betoog zal er geen uitvoerige redeneering meer noodig zijn om aan te toonen, dat bij ons de ge gevens tot het vormen van geheel uit inboorlingen bestaande korp sen niet geacht kunnen worden aanwezig te zijn en dat de beginse len, ten dien opzichte aan onze organisatie ten grondslag liggende, volkomen juist zijn. Wanneer men toch voor het oogenblik het Amboneesche element uitzondert, dan bestaan de Inlanders in ons leger nagenoeg uitsluitend uit Javanen, allen den Islam belijdende, die in wezen en beteekenis vijandig tegen het Christendom overstaat, niet uitmuntende door physieke ontwikkeling en die, hoewel geschikt

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 458