512
Indeeling en gebruik -pan de Genietroepen
by het leger te velde (Genietroepen-tac
tiek), door J. H. A. Mijsberg, le Luitenant
adjudant bij het korps Genietroepen, 's Gra-
venhage, de Gebroeders van Cleef, 1889.
Ten behoeve van de Nederlandsche genieofficieren, zoowel als van
die officieren van andere wapens, welke te velde met de genietroepen
bemoeienis zullen hebben, heeft de heer Mijsberg bovengenoemd werkje
samengesteld. Het behandelt
a. de organisatie, bewapening en uitrusting der Genietroepen,
b. het gebruik te velde,
c. de marschen,
d. den marschveiligheïdsdienst.
e. de legering,
f. den veiligheidsdienst in staat van rust,
g. de gevechtsleer.
Voor velen der officieren, waarvoor de schrijver zijne handleiding be
stemd heeft, zal zij zeker een welkom hulpmiddel zijn; vooral de niet-
genieoffieieren zullen er uit leeren de genietroepen, wanneer men ze bij
zich heeft, met voordeel te kunnen aanwenden, iets dat blijkens de door
den schrijver aangehaalde voorbeelden uit de jongste oorlogen lang niet
altijd geschiedt.
