529
hebben doorloopen, tot den bajonetaanval over. Achttien Atjehers
lieten bij dien aanval het leven.
De vijand trok daarop over zijne geheele linie terug.
Aan onze zijde waren gewond: de Eur. hoornbl. Kooistra, de Eur.
fuseliers Meestra, Schierhorn en Minkemade Amboineesche fuseliers
Kojoba, Waani, Mantowa, Talakua en Adjah.
De 2e compagnie vereenigde zich daarop met de langs den weg mar-
cheerende hoofdcolonne en nam achter de ambulance plaats.
Zonder verder door den vijand bemoeielijkt te worden, kwam de ge
heele colonne ten 1^ uur n. m. in onze versterking te Edi aan. De
4e compagnie, de artillerie en de ambulance werden binnen de ver
sterking gelegerd, de 2e compagnie en de genietroepen in eene loods
op het erf van den controleur.
Terwijl deze gebeurtenissen op den 6en Mei te Edi voorvielen, was den
5den te Kota Radja een brief ontvangen van den wd. assistent-resident,
gedateerd 4 Mei, waarin de toestand als ernstig en ons politiek
bestaan te Edi als bedreigd werd geschetst en aangedrongen werd
op de toezending der gevraagde (intusschen reeds aangekomen)
troepen, onder mededeeling dat, konden meerdere troepen worden
gemist, dit het succes slechts te zekerder zoude maken.
Naar aanleiding van dit schrijven werd den 6en Mei nog de
le compagnie van het 3e bataljon per particulieren stoomer Hok
Canton en per Gouvernementsstoomschip Zeemeeuw naar Edi over
gevoerd. Deze compagnie stond onder bevel van den kapitein H.
F. C. van Bijlevelt, terwijl daarbij verder waren ingedeeld de tweede
luitenants L. de Roever, W. H. de Lussanet de la Sablonière en W.
A. Tromp en 112 Europeanen; de compagnie werd vergezeld door
11 dwangarbeiders.
Met dezelfde gelegenheid vertrokken de muziek van het 3e bataljon
benevens de kapitein van den generalen staf W. T. N. von Geusau,
bestemd om als chef van den staf bij de expeditie op te treden.
Den 7den Mei kwamen deze troepen te Edi aan. Aldaar was het
dien dag rustdag voor de troepen en trachtte men inlichtingen in
te winnen omtrent 's vijands positiën en voornemens. Eene vergade
ring, ten 8 u. v. m. gehouden en bijgewoond door den colonnecom-