535
stond, dat de troep van verschillende kanten van zeer nabij kon
worden aangevallen, werd bij dien marsch van den carre-vorm ge
bruik gemaakt. De le compagnie vormde daarbij de vóór-, de 4e
compagnie de achter-, de 2e compagnie de rechter- en de reserve-com
pagnie de linkerflank; de artillerie, de genietroepen en de ambulance
namen binnen het carré plaats.
De zeer talrijke kuilen en loopgraven, die men passeerde, bleken
echter allen verlaten.
Op den weg naar Pedawa Besar werd de gewone marschvorm hersteld.
Ten 9^ uur was de colonne te Edi terug.
Yolgens betrouwbare berichten had de vijand een verlies geleden
van 200 dooden en gewonden. Tal van voorlaadgeweren en blanke
wapens werden buit gemaakt.
Aan onze zijde waren gesneuveldde le luitenant J. J. A. Gaade,
de Eur. korporaal Steinmuller en de Eur. fuseliers Zimmer, Lictem-
berek en Verfaillie, allen van de 4° compagnie. Gewond werden de
Eur. korp. Schordel], de Eur. fuseliers Israel, van Duuren, van Del
den, Schoffelmeer, Yan Maele, Yan Yuuren, Buising, Hoffmann, Meu-
lebeek, Tom, Beekman, Yan den Berg, de Amboineesche fuseliers
Laso en Lekemila en de Eur. korporaal der artillerie Albini.
Korporaal Schordell, ridder der Militaire Willemsorde, stierf den
volgenden dag aan zijne talrijke bekomen wonden.
Yier geweren van gesneuvelden gingen verloren.
In het gevecht waren verschoten
door de le compagnie 600 patronen
2e 2292
4e 1327
reserve 3653
artillerie 6 gran. en 3 gran. kart.
Een kort rapport van het voorgevallene werd terstond na het gevecht
door den colonnecomandant aan den Gouverneur ingediend, met het
daarbij gevoegde verzoek om ook nog de 3e compagnie van het 3e batal
jon, benevens aanvulling van infanterie-en artillerie-munitie te zenden.
Den 9cn Mei rukte, op verzoek van den radja, volk van hem uit
tot verkenning van het gevechsterrein. Dit verzoek was gereedelijk
toegestaan, ten einde de Edineezen meer van nabij getuige te doen