560
bevoegde beoordeelaars, een gevolgtrekking raag worden gemaakt,
en daartoe bestaat alle aanleiding, dan is het zeker wel deze, dat
wanneer ten opzichte van onze Inlandsche soldaten aan zekere voor
waarden wordt voldaan, de tactische noodzakelijkheid tot het samen
voegen van Europeanen en Inlanders in dezelfde compagnie niet
bestaat, daar de Inlandsche compagnieën, wanneer die voorwaarden
worden vervuld, genoeg zelfstandigheid, samenhang en militaire
waarde bezitten om die samenvoeging onnoodig te maken.
Zooals echter reeds werd opgemerkt, leert de praktijk dat die
zienswijze niet algemeen wordt gedeeld en het is daarom noodig dat
de bevoegde autoriteit deze quaestie ter hand neme, ten einde ver
schil van meening in de praktijk uit te sluiten; wordt het door mij
ontwikkelde gevoelen, dat ik vermeen met afdoende bewijzen gestaafd
te hebben, niet juist bevonden, dan moet met terzijdestelling van
alle andere overwegingen, onze organisatie daarmede in overeenstem-
ming gebracht worden, daar zij alsdan niet aan de behoefte voldoet
en slecht is; zoo niet, dan dient eens en voorgoed een einde ge
maakt te worden aan alle tactische liefhebberijen en proefnemingen
te velde, die er als het ware op berekend zijn de verwarring te ver-
grooten juist in omstandigheden, waarin eenvoudigheid en handhaving
van het bestaande een eerste eisch moet geacht wordenwant men
vergete het toch nimmer; In den oorlog is alles eenvoudig, maar
dat eenvoudige is moeielijk (1).
Zooals de Inlandsche compagnieën thans zijn samengesteld, ge
ëncadreerd en uitgerust, kunnen de voorwaarden voor hare zelfstan
digheid, samenhang en militaire waarde intusschen niet geacht worden
volledig vervuld te zijn.
Met eene formatie, indeeling, aanvoering en samenstelling, zooals
in dit opstel zijn aangegeven, zal in verband met de bestaande voor
schriften omtrent opleiding en oefening van de compagnie reeds een
belangrijke schrede voorwaarts op den goeden weg gedaan zijn.
Er dient echter meer te geschieden.
(1). Hoever het met die tactische liefhebberijen gaan kan, blijkt daaruit, dat het te
Atjeh is voorgekomen dat aan kader en manschappen compleete compagnieën, bij
krijgsverrichtingen, bij wijze van proef werden ingedeeld in drie pelotons.