HET KOLONIAAL YERSLAG TAN 1889 OYER HET
INDISCHE LEGER.
Krijgsverrichtingen.
a. Java. In de maand Juli 1888 braken in de residentie Bantam
en wel te Tjilegon, hoofdplaats der afdeeling Anjer, ernstige onge
regeldheden uit. Deze ongeregeldheden vingen in den nacht van 8
op 9 Juli aan met een aanval op de woning van den klerk ten kan
tore van den assistent-resident.
In den vroegen morgen van den 9den werd het oproer voortgezet
nadat het aantal muiters aanzienlijk versterkt was door lieden uit de
kampongs buiten Tjilegon. In 't geheel werden door de oproerlingen
8 Europeanen, waaronder de assistent-resident met zijn gezin, en 10
Inlanders vermoord.
Intusschen had een van Tjilegon afgezonden bode bericht van het
voorgevallene te Serang aangebracht, waarop zoodra mogelijk een
detachement van de bezetting aldaar, sterk 28 man, onder commando
van den lsten luitenant C. D. J. Yan der star, en begeleid door
den regent en den controleur van Serang, naar het tooneel der onge
regeldheden oprukte. Op 1£ Paal afstands van Tjilegon stuitten deze
militairen op het gedeelte der opstandelingen dat, zooals reeds gezegd,
naar Serang op weg was. De bende bestond uit ongeveer 300 met
klewangs en pieken gewapenden, die het detachement den doortocht
trachtten te beletten, doch zich terstond verspreidden na twee sal
vo's', waardoor 9 hunner doodelijk getroffen en 11 gewond werden,
van welke laatsten er nog 2 aan hunne wonden stierven. Te half
vijf uur 's namiddags van dienzelfden dag (den 9den) kwam het de
tachement zonder verdere stoornis te Tjilegon aan en legerde zich in
de gevangenis.
Het bleek dat de plaats door de bevolking grootendeels verlaten
was, en de oproerlingen dadelijk na komst van het detachement naar
alle zijden een goed heenkomen hadden gezocht.