EEN PAAR WOORDEN OVER ONZE BEWAPENING EN REGLE MENTEN, GETOETST AAN DE WERKELIJKHEID. (Gevechten van 6 en 8 Mei ji. te Edi). Om Handvuurwapen. Een der voorwaarden, waaraan een vuurwapen in handen van den soldaat moet voldoen om ruw oorlogsbedrijf te kunnen weerstaan, is dat het hecht moet zijndoch schiet ons wapen hierin niet te kort P Door mij werd o. a. gezien en kan nader bevestigd worden, des noods met opgave van het wapennummer en den eigenaar, dat bij het slaan met het geweer op een Atjeher een loop krom boog èn enkele bajonetten na het steken geheel gebogen waren. (1) Dan heb ik gewonden hooren zeggen„toen ik een der Atjehers. „met de bajonet stak, bleef deze vast zitten, anders had ik den „tweeden aanvaller éven goed kunnen weerstaan." (2) Ook kwam het voor dat manschappen bij de vijandelijke loop graaf nog spoedig wilden laden, doch daar ontschoot hun de geleider, omdat de geleiderschroef zich door het vele vuren had losgewerkt. De Patroonzak. Hoewel het gewicht dat de patroonzak dragen mag, mogelijk bij enkele manschappen overschreden werd, zoo is het toch geen goed teeken dat 50°/o 'n een maand tijds wegens inscheuring van den riem nabij den zak in reparatie moest gegeven worden. Verscheidene (1) Hetzelfde .gebrek dus, waarover in Engeland in den laatster, tijd zooveel te doen is geweest. Red. (2) Een bekend feit. Den schildwacht, van de benteng bij Tamaran Estate kostte die eigenschap onzer bajonet het leven (I. SI. T. 1SS7 I blz. 107) Zal de soldaat vertrouwen in zjjn wapen hebben dan mag men wel eischen dat bij eene bajonet krijgt, die hem niet aan bet gevaar blootstelt in het meest kritieke oogenblik van den strijd plot seling weerloos te staan. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1889 | | pagina 88