93
jaarlijksche premie als er na zijne toetreding nog maanden verloopen
moeten vóór het boekjaar ten einde is, volgt daaruit niet dat hij
ook aan een daarmee evenredig aantal sterfgevallen te contribueeren
zal hebben.
In 1885 heeft zich b. v. het volgende voorgedaan: Een officier
treedt toe op den 14™ December; behoorende tot de 5e klasse, be
droeg zijn normale jaarlijksche premie over dat jaar 130.
(13 X 10), waarvan hij of f 10.83 te betalen heeft. Den 29en
December sterft een lid, zoodat zijne credit-rekening verminderd
wordt met eene contributie a f 10.00. Den 31™ December sterft
een tweede lid, zoodat zijn credit, dat nog slecht 0,80 bedraagt,
op nieuw belast moet worden met f 10.00, waardoor hij een extra
premie van 9,17 te betalen heeft. Oudere leden zijn van deze extra
heffing natuurlijk vrij, daar zij in eens voor het berekende aantal
sterfgevallen betalen.
Het voorgaande zal voldoende zijn om de werking van deVeree-
niging duidelijk te maken. Van de critiek, welke de Vereeniging
heeft uitgelokt, wordt het volgende aangehaald.
Men heeft in de eerste plaats de wijze der premieberekening aan
gevallen, als zijnde deze gebaseerd op het waarschijnlijke aantal sterf
gevallen in. plaats van op het werkelijke. Daaruit volgt dat de
leden blootgesteld zijn aan het betalen van veel te hooge piemiëu,
wanneer het aantal sterfgevallen beneden de raming blijft.
Wel is waar, wordt het niet gebruikte van de jaarlijksche premie
den betrokkene te goed geschreven, doch het dient niet tot vermin
dering zijner premie voor een volgend jaar, en brengt ook niets op.
De verzekerde lijdt dus een vrij aanzienlijk verlies. Om dit bezwaar
te vermijden werd voorgesteld het overschot van het eene jaar te doen
dienen tot vermindering van de premie voor het volgende jaar.
De raad van administratie antwoordde op dit bezwaar, dat het
sterfte cijfer van li °/0 is vastgesteld uit gegevens over de jaren 1865
1885het is slechts een gemiddelde, dat zeer goed gedurende vele
jaren niet bereikt kan worden, maar dat noodzakelijk een aantal
jaren belangrijk overschreden zal worden.
Sterft een lid, zoo wordt elk overblijvend lid voor eene contribu
tie gedebiteerd. De erfgenamen ontvangen de som dezer contri-