132 die den Intendance-cursus hebben gevolgd, nog een cursus in voedingsleer, kennis van landbouwproducten, granen, gewassen enz. te doen doorloopen. Deze opleiding zal zes maanden duren en is als eene voortzetting van de studiën der Nederlandsche intendance-officieren te beschou wen. Zonder twijfel zal die maatregel veel nut stichten. Hadden we nu nog de landbouwschool te Buitenzorgdan zou het voorzeker overweging verdienen onze aspirant-intendanten derwaarts te zenden, doch die inrichting is eenige jaren geleden opgeheven; toch zoude in de aangewezen richting veel kunnen worden gedaan, bij voorbeeld door aan de van den Intendance-cursus herkomstige officieren de gelegenheid te openen, aan eene of meer landelijke onder nemingen in de Preanger Regentschappen onze Indische landbouwpro ducten te bestudeeren. Niettemin zoude het goed zijn, die heeren vooraf zes maanden naar Wageningen te zenden, ten einde den cursus in de voedingsleer te volgen, aldaar eenige kennis nopens fourages, knolge wassen, peulvruchten, enz., die ook in Indië worden gebruikt, op te doen, alsmede om te weten in welke richting zij later de studie der speciaal Indische landbouwproductie hebben voort te zetten. Het onderdeel warenkennisvan vak c, benevens het leervake. het leg er beheer, en het onderdeel „de intendancedienstvan vak f worden onderwezen door een kapitein-intendant van het Nederlandsche leger. Door dezen leeraar wordt hoofdzakelijk het beheer van het Nederlandsche leger en de Nederlandsche intendancedienst behandeld. Tot het verkrijgen van algemeene begrippen en het maken van ver gelijkingen worden ook somtijds andere Earopeesche krijgsmachten behandeld, doch een systematisch onderwijs in die vakken, wat betreft koloniale legers en meer bepaaldelijk het Nederlandsch-Indisch leger, wordt niet gegeven en kan ook bezwaarlijk door een Nederlandsch officier gegeven worden. De hoofdreden hiervan is te zooken in het groote verschil in beheer, uitrusting en verpleging van beide legers. De eigenaardige samen stelling van het Indische leger, de eischen van kleeding, voeding, uitrusting, enz. in een tropisch klimaat, de zeer uiteenloopende organi satie en wijze van beheer van beide legers, de verre afstand en de uitgestrektheid van het gebied onzer bezittingen, alles werkt mede tot het bestaan van scherp afgeteekende contrasten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 143