141 van vrij teederen aard; een onderwerp, waarover men zich liever niet in geschrifte uitlaat, tenzij ook ter zake door den druk openbaar ge maakte denkbeelden tot bespreking aanleiding mochten geven. Die aanleiding nu is dezerdagen gevondende scherpzinnige lezer heeft zeker al dadelijk begrepen dat ik 'toog heb op de Proeve eener „organisatie van het Nederlandsch-Indisch Leger", het werk dat een lauwerkrans bezorgde aan zijn maker, dien hij voor drie vijfde de slapen dekt. Het moet verwondering baren dat een onderwerp van zoo actueele waarde, als in de prijsvraag nedergelegd: „het ontwerpen van eene organisatie voor ons leger", zoo weinigen tot mededinging heeft kun nen doen besluiten. Hoewel ik de eerste zal zijn om den schrijver der „Proeve" toe te geven, dat tot de „vaststelling eener leg er organisatie veelzijdige hennis vereischt wordt", altijd als het te leveren werk op de qua- lificatie goed zal mogen aanspraak makentoe te geven derhalve, dat het produceeren van dergelijken arbeid niet binnen ieders ver mogen ligt, zoo had ik toch verwacht dat onder degenen „die steeds „met de leste bedoelingen voor het leger werkten, die steeds hunne „gedachten aan tal van zaken het leger hetreffende ivijdden en die zich „bevoegd achtten om in zake het ontwerpen eener organisatie voor het „leger ook hunne stem te doen hoor en"ik had verwacht dat onder die genen zich nog enkelen voor den „edelen wedstrijdzouden hebben aangemeld. Doch als ik de Commissie op blz. 23 van haar rapport zie verkla ren „dat de organisatie van het N. I. Leger den eersten en voor- „haamsten, ja den éenigsten redelijken grondslag misteen vooraf, „althans in de hoofdpunten, vastgesteld en daarna ook zoo spoedig mogelijk uit te voeren defensiestelsel" en int „zoolang die basis niet bestaat, al- „thans niet in beginsel is aangenomen, het ontwerpen van eene goede, degelijke organisatieeenvoudig als onmogelijk moet worden beschouwd als ik dat zie verklaren, dan wordt het min of meer beschamende dat in het hiervoren bedoelde verschijnsel voor ons officierskorps ligt opgesloten, m. i. op alleszins afdoende wijze weggenomen. Wie toch zou er genoegen in kunnen scheppen om eene organisatie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 152