„De genoemde producten zijn dus de eenige die Ni as oplevert.
Er dient derhalve nog veel te worden gedaan om den landbouw, in
dit gewest voor het oogenblik nog de voornaamste bron van welvaart
bij een geheel gemis van nijverheid, uit zijnen nog achterlijken toestand
op te heffen. Alles wacht slechts op eene goede en verstandige lei
ding en op de hand der nijverheid, om de productie in groote mate
te doen stijgen en een nieuw handelsleven te scheppen.
„Om hiertoe te geraken en het doel zooveel mogelijk te naderen,
ben ik met de Maleische en Niassche hoofden uit de omstreken van
Goenoeng Sitoli overeengekomen:
„1°. Dat een aanvang zal worden gemaakt met het planten van kof
fie. De weinige boomen, welke men hier en daar nabij de huizen
in eenige kampongs langs het Oosterstraud vindt, maken dat
het product zeer gering en niet noemenswaard is. Indien in het
geheel van al de zoogenaamde aanplantingen, bij eene zorgvuldige
inzameling, jaarlijks vijf pikols kunnen worden verkregen, zal het veel
zijn. Er kan dus thans geen quaestie van zijn om met den inkoop
van koffie voor het gouvernement te beginnen; maar ik mag welde
hoop koesteren dat de cultuur, na verloop van 5 of 6 jaren, goede
resultaten zal opleveren. De grond is bijzonder vruchtbaar, en het
lijdt geen twijfel dat de koffie in de schaduw goed zal tieren.
„De belofte, aan de hoofden gegeven, dat het product van gou-
vernements wege zal worden opgekocht tegen billijke prijzen en dat
een iegelijk bij de levering onmiddellijk betaling kan erlangen, schijnt
aanmoediging te hebben gegeven en, vertrouwende op de medewer
king en goede gezindheid der hoofden in het algemeen, zoo vermeen ik
dat deze cultuur met lust door de bevolking zal worden betracht.
Ten einde in het bestaand gebrek aan zaad voor de aanplantingen te
voorzien, zal ik eerstdaags eene zekere hoeveelheid goede, gave en
rijpe boomen van A ngkola derwaarts zenden; er zijn op Nias geene
jonge plantjes voorhanden om tuinen aan te leggen.
„2°. Dat ik mede eene zekere hoeveelheid peperranken of stekken
van Baros zal zenden om de pepercultuur weder te doen invoeren.
Yoor eenige jaren schijnt men daarvan in eenige kampongs, als
Glora, Koppia, Me go enz., werk te hebben gemaakt; doch het
denkbeeld, dat zulks door het gouvernement verboden was, heeft