193 2. Een tweede daarvoor aangegeven reden is de omstandigheid dat bij oorlogen in Indië het dikwerf voorkomt, dat de onderdeelen zelfstandig moeten optreden. Eveneens juist, doch dit slaat, zou ik zeggen, meer op de onder deelen van het bataljon, dan op die van de compagnie, terwijl als de sectie een enkele maal zelfstandig moet optreden, nog altijd de ge legenheid bestaat om een der luitenants met het bevel daarover te belasten. 3. Bij de Divisie Veld- en Bergartillerie te Batavia dus bij twee batterijen en bij de compagnie artillerie van Sumatra's West kust leerde ik verscheidene adjudant-onderofficieren dienstdoend offi cier kennen, en in hooge mate op prijs stellen. Als sectiecomman dant bij de batterij waren de meesten hunner zeer goed op hun plaats. En zou nu wat bij de artillerie goed werkt, voor de infanterie volmaakt ongeschikt zijn? In menig opzicht ook schrijver zal mij dat waarschijnlijk wel willen toegeven is de practische dienst van den sectiecommandant bij de batterij moeilijker dan die van den sectiecommandant bij een veldcompagnie. 4. Vooral in de eerste jaren van den Atjeh-oorlog, toen zich een steeds nijpender gebrek aan luitenants der artillerie deed gevoelen, is het herhaaldelijk voorgekomen, dat een sectie bergkanons onder een adjudant-onderofficier aan eene infanterie-colonne werd toege voegd. Over het optreden van die onderofficieren heb ik nimmer hooren klagen, noch in, noch buiten het wapen. En daar te velde viel toch de proef op de som te leveren III- De eischenwaaraan de aspiranten voor de hoogere rangen moeten voldoenmoeten bekendgesteld worden; iedereen moet die kennen; wederzijdsch reclit er zich op te beroepen. (17) Toelichting (17) wordt niet geheel door de Jury van beoordeeling gedeeld; deze is onder andereu van meening, dat schrijvers eisch, dat een kolonel de geschiktheid moet hebben voor het civiel bestuur geen rekening houdt met de tegenwoordig bestaande toestanden. Schrijver zou blijkbaar gedacht hebben aan vroegere tijden, toen op de meeste buitenbezittingen het civiel en militair gezag in ééne hand, Dl. I, 1890. 13

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 204