II schot een treffer gaf, zoo werd met de laatstgebruikte elevatie groep- geschoten. Yan deze groep, het 3e t/m 10e schot, waren 4 2 en 2 (P). De groep werd daarom met vier schoten verlengd. Van de verlengde groep (het 3e t/m 14e schot) waren 6 2 en 4 gevallen. Het gemiddeld trefpunt lag derhalve LSso 9 Meter vóór. Daar nu 3' elev. de dracht met 3 M. wijzigde, zoo werd de opzethoogte 9 M vermeerderd met X 3' 9' en met 13°18' aldus een nieuwe groep M. geschoten. Toen nu de 4 volgende schoten (het 15e t/m 18e schot) 3 en 1 hadden gegeven, werd van de beide laatste schoten de elevatie nogmaals met 9' vermeerderd. Het laatste dezer beide schoten was de treffer, welke kanon en affuit van het linkerstuk gedemonteerd heeft. Correctie voor breedte-afwijkingen. Het eerste schot werd gedaan met de normale correctie voor 1150 M., zijnde 14.5°/00. Aangezien de afwijking van het 1« schot 2 BS50 werd voor het 2e schot niet gecorrigeerd. Na het 2e schot werd eveneens niet gecorrigeerd, omreden de par. afw. van schot 1 en 2 kleiner was dan BS50. Voor het 5e schot en volgende werd de correctie met 0.5°/00 verminderd, omreden de paral, afwijking der 5 eerste schoten 2 4- 0.5—5—0.5 3 n 0.6 O.b M. naar links bedroog: geeft 5 5 1.1 0.5°/oo. Na het 14e schot werd de afwijking van al de schoten, met 3 5 14°/00 corr. gedaan, nagegaan, en aangezien deze 0.35 M. naar rechts bedroeg, de correctie weder met 0.5°/o0 vermeerderd; 0 35 0.3, waarvoor 0.5°/oo genomen wordt. De artilleristische afstand van het doel bedraagt 1085 M., verkregen door tusschen opzethoogten van de drachten 1000 en 1100 die van 13°27' te interpoleeren, waarmede de beide laatste schoten zijn afgegeven en waarmede een treffer bekomen is. Het verschil met den werkelijken afstand bedraagt 11301085, dus 45 M.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1890 | | pagina 231